Oekraïne heeft dringend behoefte aan meer bescherming tegen Russische luchtaanvallen. Duitsland heeft daarom gezegd een extra Patriot-systeem te geven. In een debat vroegen D66, CDA, GroenLinks-PvdA en Volt om meer te doen voor Oekraïne en of het mogelijk is voor Nederland om ook een extra Patriot-systeem te leveren.

„Defensie zegt dat het echt niet kan”, verklaarde de premier. „Wij hebben maar een beperkt aantal Patriots.” Nederland heeft eerder wel onderdelen van de Patriot geleverd aan Oekraïne. Het ging toen niet om een volledig systeem, maar om raketten en de lanceerinrichting.

Premier Rutte overlegt woensdag in Brussel met NAVO-topman Jens Stoltenberg, de Deense premier Mette Frederiksen en de Tsjechische premier Petr Fiala. Ze bespreken dan hoe de regering in Kyiv meer verdedigingsmiddelen tegen de Russische luchtaanvallen kan krijgen.

Zij zullen volgens Rutte onder meer kritisch kijken naar de eigen militaire voorraden van NAVO-landen. Daarvoor heeft het bondgenootschap normen vastgesteld. Er zal nog eens worden gekeken of die normen correct zijn. „Je moet je afvragen: hebben we de maximale pijngrens echt opgezocht?”

Er zijn in Europa nog landen die wel ruimte hebben om Oekraïne te helpen. Er wordt een veelheid aan redenen gegeven om het materieel niet weg te geven, aldus de premier. Dat is „extreem frustrerend”. Hij wilde niet zeggen om welke landen het gaat. Dat is volgens hem niet behulpzaam.