Paramaribo: Surinaams mysterie rond de kip en het ei
Een Surinamer zul je niet snel de klassieke vraag horen stellen wie er eerder was: de kip of het ei. Maar hij vraagt zich wel regelmatig af óf er wel kippen en eieren zijn. Die zijn af en toe schaars. Niemand weet waardoor.
Ik greep onlangs mis bij de lokale supermarkt toen ik uit de vriezer een standaardzak met zo’n 4 kilo Amerikaanse kippenbouten wilde pakken. Volgens de eigenaar was hij er al twee dagen doorheen en hij wist niet wanneer weer geleverd zou worden. In de dagen erna had mijn vrouw ook geen succes op haar kippenjacht. Nu hebben wij thuis altijd wel een voorraadje in onze vriezer liggen, dus voor ons was er geen man overboord.
Maar de schaarste is in veel huishoudens reden tot paniek. Een dag leven zonder kip is voor menigeen niet voor te stellen. Kip is met vlag en wimpel het meest verkochte product bij slagers en in supermarkten. Iedereen die geen vegetariër is, werkt op zeker vijf dagen in de week een boutje of stukje borstfilet naar binnen. Gewoon omdat het lekker is, maar ook omdat het door nagenoeg iedereen gegeten mag worden. Moslims mogen geen varken, dat is onrein, en hindoes eten geen rund, omdat die viervoeter als heilig wordt beschouwd.
Vis kan natuurlijk ook, maar is peperduur. In veel gezinnen wordt dat alleen op traditionele christelijke feestdagen genuttigd. Op andere dagen staat niet zelden ei op het menu. Maar ook daar is in bepaalde periodes schaarste aan, terwijl het op andere dagen overvloedig voor handen is. Schaarste en overvloed aan kip en eieren zijn niet te voorspellen; het is er opeens. En ze hebben ook niets met elkaar te maken, ook al zou je verwachten dat het op de een of andere manier aan elkaar gelinkt is.
Het gros van de kip wordt in boutvorm geïmporteerd vanuit de Verenigde Staten en buurland Brazilië. De importeurs zijn machtig en creëren soms schaarste om de prijs op te kunnen voeren. Terwijl de pakhuizen vol liggen. Van de lokale markt hebben importeurs niets te vrezen sinds in de jaren 80 van de vorige eeuw de lokale productie grotendeels om zeep is geholpen – import was goedkoper. De kip die wel ter plaatse wordt gekweekt, is schaars. Maar als er geen buitenlandse bouten zijn, tasten veel Surinamers noodgedwongen dieper in de buidel om hun kipverslaving toch te bevredigen.
Ik heb als journalist al heel wat kippenboerderijen in het land bezocht en daar gevraagd naar de oorzaak van de eierschaarste die er af en toe is en waardoor de prijs absurde hoogten kan bereiken. Het antwoord is steevast hetzelfde: ,Het ligt niet aan ons; onze kippen produceren wel. Je moet het probleem bij de opkopers of de groothandel zoeken.” Daar krijg ik te horen dat de vraag plotseling groot is, dus dat de oorzaak bij de consument ligt.
Ik kan mij dat nauwelijks voorstellen. Met de Paasdagen misschien. Maar ook die eieren worden naar verluidt even massaal opgeslagen in pakhuizen om schaarste te creëren. Dus hierbij kun je je afvragen: wat was er eerder?