Van der Burg betreurt onduidelijkheid voor gemeenten
Staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel) betreurt het dat er voor gemeenten onduidelijke situaties zijn ontstaan over het stoppen van de opvang van derdelanders. Dat is volgens hem het gevolg van rechtelijke uitspraken, schrijft hij aan de Tweede Kamer.
De opvang van derdelanders liep op 2 april af, maar door rechtelijke uitspraken was het voor veel gemeenten niet helder of de opvang kon worden gestopt. Derdelanders zijn mensen die uit Oekraïne zijn gevlucht, maar geen Oekraïner zijn. Ze studeerden of werkten daar toen Rusland het land binnenviel.
Van der Burg had gehoopt dat er „duidelijkheid zou zijn en zou blijven voor alle betrokkenen” na een uitspraak van de Raad van State van 17 januari dat de opvang mocht worden beëindigd. Door rechtelijke uitspraken is dit volgens hem „helaas” nu niet het geval.
De Raad van State oordeelde dinsdag nog in zes individuele gevallen van derdelanders dat ze mogen blijven in afwachting van een uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie. Maar dat heeft volgens Van der Burg geen gevolgen voor de andere derdelanders.
„Deze ziet op de zes individuele zaken en dit betekent niet dat de andere derdelanders ook onder dit oordeel vallen”, aldus de staatssecretaris aan de Kamer. De gemeenten kunnen gewoon doorgaan met het stoppen van de opvang van derdelanders.