„Ik begrijp nog steeds niet welke garanties en zekerheden u dan heeft dat er in de komende jaren niet alsnog wordt beknibbeld op die democratische rechtsstaat”, hield D66-voorman Rob Jetten Omtzigt voor. „Dan bent u daar met twintig NSC-kamerleden dan medeverantwoordelijk voor”, vindt hij.

„Wat is er nou veranderd aan die rechtsstatelijke afstand”, wil Mirjam Bikker weten. De leider van de ChristenUnie stelt dat er duidelijk is overlegd over de vorm van een kabinet, maar zij ziet niet wat er op het punt van de rechtsstaat is veranderd sinds de vorige formatieronde.

CDA-leider Henri Bontenbal, wiens partij ervaring heeft met samenwerking met de PVV, denkt dat Omtzigt later terugkijkt op het kabinet en zal zien „dat hier een afslag is genomen in de Nederlandse politiek waar hij straks heel veel spijt van heeft”. De partijen maken „de polarisatiepolitiek (…) mainstream”, denkt de christendemocraat. „Is dat een morele overweging die hij heeft afgewogen? En waarom is zijn mening de afgelopen weken toch op dit punt veranderd?”

„Omdat wij goede gesprekken gehad hebben over wat wij samen met Nederland willen”, reageerde Omtzigt daarop. De NSC-voorman denkt dat afspraken over de rechtsstaat en de grondwet zijn gewaarborgd „met de afspraken die wij gemaakt hebben en het feit dat we daar elke dag zelf bij zitten”. Zijn partij is „bijzonder tevreden met de uitkomst” van de afgelopen formatieronde, zei Omtzigt in zijn eigen bijdrage. „In de vorige fase hebben we een gezamenlijke basislijn vastgesteld voor het beschermen van de rechtsstaat. Deze staat recht overeind. Aan fundamentele grondrechten wordt niet getornd.”