Meditatie: Geestelijk leven
Efeze 2:1
„En u heeft Hij mede levend gemaakt, daar gij dood waart door de misdaden en de zonden.”
Hier wordt ook een waar geestelijk leven te kennen gegeven, waardoor wij uit de geestelijke dood worden opgewekt (Efeze 2:1): „En u heeft Hij mede levend gemaakt, daar gij dood waart door de misdaden en de zonden.” Want door het geloof worden wij verenigd met Christus, Die ons leven is. Wanneer we met dit levend Hoofd verenigd zijn, moeten wij noodzakelijk leven. Want „die de Zoon heeft, die heeft het leven; die de Zoon Gods niet heeft, die heeft het leven niet” (1 Johannes 5:12).
Dit leven is de uitvinding van God de Vader, de verwerving van God de Zoon en het werk van God de Heilige Geest alleen, door middel van de bevelen van het Evangelie. Het is een geestelijke verandering, gewerkt in de ziel van de mensen, waardoor het beeld van de zonde en de ongerechtigheid in elk vermogen ten dele wordt weggenomen en waardoor het beeld van de heiligheid en de gerechtigheid aangedaan wordt. Het is een verlossing van de macht van de zonde en de verdorvenheid. Het is het nieuwe hart, de nieuwe geest, en alle geestelijke zegeningen. Ja, het is de Geest en Zijn genade, wonend in de ziel als „een fontein van water, springende tot in het eeuwige leven” (Johannes 4:14). Dit betrekkelijke en ware leven is niets anders dan het eeuwige leven. Die in Christus gelooft, heeft het eeuwige leven (Johannes 5:24).
Ralph Erskine, predikant te Dunfermline
(”Verhandeling over Johannes 5:25”, 1744)