Meer jonge allochtonen met auto dan autochtonen
Allochtone twintigers hebben vaker een auto dan autochtone Nederlanders. Dat bleek donderdag uit een onderzoek van Foquz Entnomarketing. Van de Turkse, Marokkaanse, Surinaamse, Antilliaanse vrouwen tussen de 20 en 24 jaar is 31,5 procent in het bezit van een auto, bij andere Nederlandse vrouwen gaat het om 27,7 procent. Het verschil bij de mannen is 47,5 procent van de allochtonen tegen 36,7 procent autochtonen.
J. Cuartas, directeur van het onderzoeksbureau, vermoedt dat het hoge autobezit onder allochtone twintigers ligt aan de drang naar onafhankelijkheid en de bevestiging van de eigen identiteit. Voor vrouwen is het vooral belangrijk dat zij niet afhankelijk zijn van iemand anders om ergens te komen.
De verhouding allochtoon–autochtoon onder autobezitters achter in de twintig is anders. Het autobezit van 25–29 jarigen ligt bij zowel autochtonen als allochtonen rond de 50 procent. Op nog hogere leeftijd is het autobezit onder autochtonen relatief hoger dan allochtonen. Ongeveer twee op de drie Nederlanders tussen de 30 en 39 jaar zijn in het bezit van een auto, bij allochtonen gaat het om meer dan de helft. De cijfers van het onderzoek onder allochtonen zijn vergeleken met CBS–gegevens over autobezit onder autochtonen.
Favoriete merk onder allochtonen is de Volkswagen, gevolgd door Opel. Bijna 20 procent van de allochtonen rijdt in een Volkswagen, 15 procent in een Opel. Onder allochtone mannen staat BWM op de derde plaats met 9 procent, bij vrouwen zijn dat Peugeot en Nissan met 7,6 procent.