Minister zet verbod op bodemvisserij in deel Voordelta door
Ondanks protesten vanuit onder meer de visserijsector komt er toch een verbod op de bodemberoerende visserij in een deel van de Voordelta voor de kust van Goeree-Overflakkee en Schouwen-Duiveland. Demissionair minister Christianne van der Wal (Natuur) schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat het verbod in eerste instantie geldt voor een gebied van 17.900 hectare.
In dat deel van de Voordelta wordt de toegang beperkt voor alle vormen van bodemberoerende visserij. Daaronder vallen onder meer de garnalenvisserij, boomkorvisserij, mosselvisserij, kokkelvisserij en oestervisserij. Het is nog niet bekend wanneer de maatregel ingaat. Eerder was Van der Wal van plan in een gebied van 24.500 hectare in de Voordelta de bodemberoerende visserij te verbieden.
Met het verbod wil de minister invulling geven aan de verplichting tot compensatie voor de natuur die verloren is gegaan bij de aanleg van de Tweede Maasvlakte. Dit is ook in lijn met de uitspraak van de rechter. Een aantal natuurorganisaties was naar de rechter gestapt omdat zij vinden dat er te weinig natuurcompensatie is geweest. In november 2022 gaf de rechtbank de natuurorganisaties grotendeels gelijk.
Van der Wal wilde het verbod eigenlijk op 5 oktober vorig jaar laten ingaan, maar kort voor die datum besloot ze tot uitstel, mede naar aanleiding van een motie van BBB-fractievoorzitter Caroline van der Plas. Door onder meer de provincie Zeeland en de gemeente Goeree-Overflakkee was ook om uitstel van het verbod gevraagd.
Gemeente en provincie wezen onder meer op de gevolgen van het verbod voor de vissers en hun gezinnen. Verder stelden de Zeeuwse Staten dat het onrechtvaardig is als de vissers de dupe worden van maatregelen die het Rijk moet nemen om het verlies aan natuurwaarden te compenseren. Ze benadrukten dat de visserijsector geen betrokkenheid had bij de aanleg van de Tweede Maasvlakte.
Van der Wal stelde het verbod na het eerste uitstel nog een keer uit om met betrokken partijen zoals natuurorganisaties, visserijorganisaties en het Havenbedrijf Rotterdam onderzoek te blijven doen naar een alternatief pakket maatregelen voor de natuurcompensatie. „Helaas is dat niet volledig gelukt, de belangen bleken niet geheel te verenigen” schrijft Van der Wal.