Binnenland

Vraag aan iedereen en vraag aan de SGP

Het was een opmerkelijk voorstel in het grote terrorismedebat van deze week. Volgens CDA-fractievoorzitter Verhagen moeten partijen die tot doel hebben de democratie buiten werking te stellen, worden verboden .

11 February 2005 21:47Gewijzigd op 14 November 2020 02:13

Let wel: niet alleen die partijen die met geweld de huidige rechtsstaat willen ontwrichten -die kunnen nu al strafrechtelijk worden aangepakt- maar ook die politieke groeperingen die op vreedzame wijze, volgens de spelregels van de democratie, naar een meerderheid streven om -zodra ze die meerderheid hebben- de democratie af te schaffen of uit te hollen.

Het voorstel was geen succes. In de Kamer kreeg het CDA weinig bijval en minister Donner van Justitie zag er niets in. Het gebrek aan steun was de reden waarom Verhagen over het onderwerp niet eens een motie indiende. Dan zou al te duidelijk gebleken zijn dat hij, wellicht op de LPF na, alleen stond.

Interessant is het voorstel van Verhagen ondertussen wel. Het plaatst kabinet en parlement voor een uiterst moeilijk, klassiek dilemma. Met het verbieden van een partij met antidemocratische tendensen ben je eigenlijk al bezig de democratie in te perken. Maar het niet belemmeren van, laten we zeggen, een moslimpartij die langs democratische weg de sharia wil invoeren, kan op lange termijn wel eens kwalijke gevolgen hebben. Een overbekend voorbeeld is Hitler, die deelnam aan de democratie, maar zodra hij de kans kreeg een dictatuur vestigde.

Het duidelijkst over dit vraagstuk waren deze week D66 en GroenLinks. Beide fracties voelen niets voor het gesuggereerde verbod. De enige strijd die in een democratie wordt gevoerd is een strijd van woorden, vinden zij. Daarin past geen verbod van partijen, welke denkbeelden zo’n partij ook heeft. Laten we toch vertrouwen hebben in de innerlijke kracht van de democratie, stelde D66-leider Dittrich.

De meeste andere fracties hielden zich op dit punt op de vlakte. Verlegen met het vraagstuk? Dat valt te begrijpen. Toch mag van een politieke partij worden gevraagd klare wijn te schenken, ook ten aanzien van een weerbarstig probleem als dit.

Voor de SGP heeft het vraagstuk nog een extra dimensie. Met de regelmaat van de klok wordt die partij de laatste jaren immers over één kam geschoren met moslims die de sharia willen invoeren. Ook in het debat van deze week werd dat verband weer gelegd. Of meneer Verhagen doorhad dat hij, als hij consequent was, ook de SGP moest verbieden, plaagde GroenLinks-leider Halsema. Die partij had immers opvattingen over de vrouw die vergelijkbaar zijn met islamitische stromingen?

De grote uitdaging voor de SGP is daarom aan maatschappij en politiek zo snel mogelijk duidelijk te maken waarin zij en haar achterban van de islam verschillen. Dat is tot op zekere hoogte niet moeilijk. Zo is de plaats van de vrouw in de gereformeerde gezindte aantoonbaar anders dan in de moslimcultuur.

Als het om de politiek gaat, heeft partijleider Van der Vlies er regelmatig op gewezen dat je de partij in haar bijna negentigjarige geschiedenis nooit hebt kunnen betrappen op een neiging tot het gebruik van geweld, noch op een neiging tot verheerlijken van geweld. Het christendom is een vreedzame godsdienst en SGP’ers zijn irenische mensen.

Toch is daarmee de lastigste vraag nog niet beantwoord. Want de SGP mag dan geweld verafschuwen, wat gaat zij precies doen als zij de meerderheid heeft? Die vraag kan niet worden weggerelativeerd met de opmerking: „Dat is een als-dan-vraag. Een situatie waarin wij de meerderheid hebben, staat ver van de huidige werkelijkheid en is in het geheel niet actueel.”

Actueel is de vraag wel degelijk, namelijk in die zin dat de SGP nu eenmaal vandaag de dag te maken heeft met verwijten en achterdocht ten aanzien van haar democratische gezindheid. Dat verwijt behoort tot de politieke werkelijkheid en kan bij coalitieonderhandelingen een rol spelen. Daarbij komt dat de SGP zich soms tegenover de ChristenUnie profileert op het punt van de theocratie.

Ook de repliek: „Wij schaffen de democratie niet af. Weliswaar zullen we anderen bepaalde zaken dwingend opleggen, maar dat doet elke meerderheid”, raakt nog niet helemaal de kern van de zaak. Een voluit steunen van het democratische systeem is inderdaad een groot onderscheid met bijvoorbeeld radicale moslims.

Maar uiteindelijk blijft dan toch de vraag staan: Wélke dingen denk je in een meerderheidssituatie anderen op te leggen of af te nemen? Zijn daarbij ook rechten in het geding die anderen als fundamenteel beschouwen, zoals de godsdienstvrijheid? En moeten Bijbel en belijdenisgeschriften inderdaad zo worden verstaan dat een christelijke overheid niet verder mag gaan dan het toestaan van gewetensvrijheid?

Dat zijn vragen die het waard zijn nog eens goed onder ogen te worden gezien. Het is niet vreemd als buitenstaanders en binnenstaanders van de SGP vragen daarin zo helder te zijn als maar enigszins mogelijk is.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer