„Een betere generaal is er niet”
Een korporaal-schrijver die een generaal nekt. Militairen spreken er onderling schande van. Hardop wil bijna niemand iets zeggen.
Het had een stijlvol feestje moeten worden, donderdag op de Koninklijke Militaire Academie in hartje Breda. Op de plaats waar alle (opper)officieren van de krijgsmacht hun strepen en sterren moeten verdienen, belegde de Koninklijke Vereniging van Eervol Ontslagen Officieren (KVEO) een symposium ter gelegenheid van haar 125-jarig bestaan. Met op het programma minister De Grave van Defensie en landmachtbaas Van Baal. Maar ze waren er niet. Van Baal niet omdat hij net eervol uit zijn functie was ontheven, De Grave niet omdat hij „de mannen niet meer onder ogen durft te komen.”
De voorzitter van de KVEO, generaal-majoor buiten dienst mr. A. Dörenberg, laat over de kwestie-Van Baal geen onduidelijkheid bestaan. „Politici nemen hun verantwoordelijkheid. Daar hoeft geen schuld aan te pas te komen. Voor een militair ligt dat anders. Verwijtbaarheid moet met feiten worden onderbouwd. Schuld moet worden bewezen.” Applaus is zijn deel.
Verder wil niemand iets zeggen. Te netelig.
„Nee, dank u”, wimpelt luitenant-generaal A. Blomjous, chef van het militaire huis van de Koningin, af.
Commandeur J. Brandt (marine) van de afdeling internationale plannen van de defensiestaf spreekt van tragiek. „Leedvermaak omdat het bij een ander krijgsmachtdeel is? Nee, zo zijn we niet.”
„Hij had zijn poot stijf moeten houden”, adviseert generaal-majoor G. Macco van de luchtmacht achteraf. Anarchie? Revolutie? Niets van dat alles. Macco is met pensioen en dus buiten dienst. En dus buitengewoon deskundig.
Voorman P. Ego van het Oud Strijders Legioen had deze week „een stout droompje”, lacht hij in de hal van de KMA-aula. „Alle generaals komen bij de minister en bieden hun pet en stok aan. Zoek het maar uit.” Ego vindt het „verschrikkelijk” wat er met Van Baal is gebeurd, overigens een vaste bezoeker van de OSL-toogdagen. „Politici blijven uit de wind. Ter Beek, Van Kemenade, waar blijven die? Als we dan toch de trap van bovenaf schoon moeten vegen, moeten zij ook weg.”
De voorzitter van de Nederlandse Officieren Vereniging, A. Hazenberg (overste b.d.), weet nog wel iemand die zich dezer dagen angstvallig in de bunker schuil houdt. „Chef-defensiestaf Kroon. Hij is verantwoordelijk voor alle uitzendingen van de krijgsmacht. Waarom stapt hij niet op?”
Mist u Van Baal?
Hazenberg: „Hij was een zegen voor de landmacht. Van Baal nam vorig jaar april de winkel over van generaal Schouten, die zei dat de landmacht door de hoeven zou zakken als het met de werving niet goed kwam. Van Baal investeerde fors in mensen en middelen. Een betere generaal is er niet.”
En toch weg.
„In het NIOD-rapport staan geen zaken die De Grave een jaar geleden, bij de benoeming van Van Baal, niet wist. Maar het is een grote schande dat deze minister met slappe knieën luistert naar de voorzitter van de grootste militaire vakbond (Heerts van de AFMP, RP), die maar blijft tamboereren dat er koppen moeten rollen.”
Rollen er nog meer koppen?
„Ik hoop het niet.”
Defensie als doofpot?
„Als er ergens selectief met gegevens wordt omgegaan, is het op de afdeling voorlichting van Defensie. Als je een halve waarheid naar buiten brengt en je beschadigt iemand, dan is het een hele leugen. Oud-bevelhebber Couzy snakt ernaar om onder ede gehoord te worden, zodat hij kan zeggen dat de feiten anders liggen.”
Zijn persoonlijke archief zou zijn vernietigd.
„Hij heeft zijn agenda’s weggegooid. Doet u dat niet aan het einde van het jaar?”
Wat nu: te wapen?
„Nee, er komen geen Orions boven het Catshuis of tanks op het Binnenhof. Geen gewapend verzet. Wij verdedigen ons met woorden.”