De Geus zei het voorstel zeer serieus te nemen. Volgens hem moet worden afgerekend met de perceptie bij sommige werkgevers dat aan jongeren met weinig tot geen opleiding of werkervaring een hoog uitvalrisico kleeft. Volgens het plan van het CDA en de PvdA wordt veel van de vrees bij werkgevers weggenomen door hun een zogeheten no-riskpolis aan te bieden voor twee jaar wanneer zij via leer-werktrajecten investeren in werklozen tot 24 jaar.

Hiermee wordt gehoor gegeven aan de oproep van voorzitter De Boer van de Taskforce Jeugdwerkloosheid. De werkgroep is door het kabinet ingesteld met de opdracht in de periode 2004-2008 40.000 extra jeugdbanen te realiseren. Volgens De Boer zijn tot nu toe bijna 10.000 banen vervuld.

De no-riskpolis moet werkgevers bij het aannemen van de kansarme jongeren tijdelijk ontheffing verlenenen op de premies voor arbeidsongeschiktheid. Ook kan zo de verplichting vervallen voor de werkgevers om het loon twee jaar door te betalen bij ziekte van deze werknemer. Gemeenten zouden als verstrekkers van bijstandsuitkeringen garant kunnen staan bij uitval.

De Geus wil echter nog onderzoeken of het voorstel „solide” is. Volgens hem kan het voorstel in tegenspraak zijn met het doel om het ziekteverzuim te verlagen, omdat voor werkgevers de nodige prikkels verdwijnen. Ook wil hij een advies afwachten van de Raad voor Werk en Inkomen (RWI) dat in april verwacht wordt.

CDA en PvdA vinden dat de bewindsman juist haast moet maken. Bussemaker stelde dat de werkgroep in april begint met een grote campagne, waarbij de handen ineen worden geslagen met Centra voor Werk en Inkomen (CWI), uitzendbureaus en regionale opleidingscentra (roc’s). Onder meer via de televisie krijgen jongeren en hun ouders voorlichting over beroepskeuzes en worden werkgevers aangesproken.