Vooral op middelbare scholen zijn nog achterstanden door corona
Leerlingen hebben de achterstanden die ze hebben opgelopen tijdens de coronaperiode nog steeds niet helemaal ingehaald, met name op middelbare scholen. Demissionair onderwijsminister Mariëlle Paul ziet zelfs dat de onderwijsprestaties in de onderbouw nog wat verder zijn gedaald in het vorige schooljaar. In het basisonderwijs is wel duidelijk verbetering te zien, schrijft ze in een brief aan de Tweede Kamer.
Middelbare scholieren hebben bijvoorbeeld meer moeite met lezen dan voor de uitbraak van het coronavirus. Hun beheersing van het Engels is wel verbeterd en vormt zo een positieve uitzondering.
Door de leerachterstanden hebben jongeren meer moeite met hun vervolgopleiding. Daardoor vallen op hogescholen meer studenten uit. Afgelopen jaar stopte 16,6 procent van de eerstejaars met hun studie, tegen 15,8 procent in het pre-coronajaar 2019.
Paul ziet een „bescheiden lichtpuntje” in de resultaten van de eindexamens. Van significant herstel is nog geen sprake, haalt de bewindsvrouw uit verdiepend onderzoek, maar de prestaties zijn in elk geval niet verder achteruitgegaan.
Op basisscholen is te merken dat de leesvaardigheid „al bijna op peil is”, haalt de bewindsvrouw uit de resultaten van de eindtoets. Leerlingen lopen nog wel achter met rekenen en wiskunde. Ongeveer 7 procent beheerst de basis niet. Bovendien heeft één op de drie leerlingen die beginnen op vmbo-t, havo of het vwo niet de rekenvaardigheden die op deze schoolniveaus nodig zijn.
Het nu demissionaire kabinet heeft flink geïnvesteerd om de basisvaardigheden van leerlingen in het basis-, middelbaar en speciaal onderwijs te verbeteren. Ongeveer 3000 scholen hebben in 2022 en 2023 subsidie gekregen uit de hiervoor bedoelde pot van circa 900 miljoen euro. Vrijwel alle scholen die te maken hebben met grote leerachterstanden hebben hier gebruik van gemaakt.