Oproep politie: Tweede Kamer, maak haast met aanpak designerdrugs
Nederland loopt hopeloos achter bij andere landen als het gaat om de bestrijding van de handel in en productie van designerdrugs. Dat stellen de politie en het Openbaar Ministerie. Al bijna tien jaar pleiten beide organisaties voor aanpassing van de Opiumwet op zogenaamde designerdrugs. Dit zijn chemische varianten van synthetische drugs zoals xtc en amfetamine.
Probleem bij de aanpak van deze drugs is dat de producenten steeds de chemische samenstelling van de drugs zo veranderen dat deze weer niet illegaal zijn. Aan een verbod gaan langdurige procedures vooraf. Producenten kunnen zo dus in de tussentijd legale designerdrugs op de markt brengen.
In de Tweede Kamer ligt een wet waarin drie stofgroepen verboden worden in plaats van afzonderlijke chemische middelen. De behandeling is al drie keer doorgeschoven. De nieuwe wet maakt het volgens een deskundige van de politie „moeilijker of zelfs onmogelijk om nieuwe legale varianten te ontwerpen, die voor de gebruiker een vergelijkbare werking hebben als het verboden middel”. Bovendien „gaat de wet ons helpen om beter internationaal effectief samen te werken om de handel in designerdrugs tegen te gaan.”
„Omringende landen kijken met verwondering en soms met grote frustratie naar het Nederlandse beleid”, zo stelt portefeuillehouder drugs van de politie Willem Woelders. „Bij rechtshulpverzoeken in internationale drugsonderzoeken kunnen we lang niet altijd helpen, omdat het spul hier niet verboden is. Dat doet wat met de reputatie van Nederland op het gebied van drugsbestrijding. We zijn een soort vrijstaat, die producenten en handelaren hun gang laat gaan.”