Waar haalt Israël even 360.000 reservisten vandaan?
Israël weet in enkele dagen tijd 360.000 reservisten toe te voegen aan de strijdkrachten. Waar komen al die manschappen ineens vandaan?
De Joodse staat voelt van alle kanten de hete adem in de nek van zwaarbewapende terreurgroepen. De troepen van de Israel Defense Forces (IDF) bevinden zich daarom in de hoogste staat van paraatheid. Alle verloven zijn ingetrokken. Israël voert de grootste mobilisatie uit sinds de Jom Kipoeroorlog van oktober 1973.
Het Israëlische leger groeit in amper een week tijd van pakweg 170.000 manschappen naar 530.000. De legertop roept medio oktober 300.000 reservisten op; een paar dagen later nog eens 60.000. Waar komen die manschappen ineens vandaan?
Uit binnen- en buitenland. Voor mannen en vrouwen met een Israëlische nationaliteit geldt vanaf hun achttiende jaar militaire dienstplicht. Mannen moeten drie jaar onder de wapenen, vrouwen twee jaar. Officieren doen minimaal een jaar extra dienst.
Het leger kan militairen na hun actieve dienst tot hun 45e jaar enkele weken per jaar oproepen voor training. Meestal via WhatsApp. „Deze reservisten zijn mannen en vrouwen die een gewoon leven leiden als burger in de samenleving”, legt Raouf Leeraar, reservist in het Israëlische leger en werkzaam bij het Centrum voor Informatie en Documentatie Israel (CIDI) uit.
Toch is er verschil. „Een kok hoeft niet elke keer op te draven om te laten zien dat hij kan koken. Een scherpschutter moet wel trainen op zijn vaardigheden. Militairen in gevechtsfuncties moeten elk jaar aantreden om te trainen voor noodsituaties, voor de bescherming van het land, zoals op dit moment.”
Leeraar kijkt niet op van het aantal van 360.000 reservisten. „Ik denk dat Israël kan opschalen naar 500.000.” Overbodig zijn dergelijke aantallen niet gezien de vijandige partijen rond Israël, legt de eerste luitenant buiten dienst (b.d.).uit.
Ultra-orthodox
Voor ultra-orthodoxe joden geldt een uitzondering op de dienstplicht, evenals voor islamitische en christelijke Arabieren en studenten aan religieuze instellingen. Ultra-orthodoxe joden vinden dat zij zich tijdens hun studie op orthodoxe hogescholen, de Jeshivot, net zoveel inzetten voor de veiligheid van Israël als militairen. Het mijden van de dienstplicht leidt tot grote frustratie in de samenleving. In 2012 is de regering-Netanyahu over dit punt gevallen.
Ondanks hun grote terughoudendheid melden zich zo’n 2000 ultra-orthodoxe mannen per direct bij het Israëlische leger, zei IDF-woordvoerder Daniel Hagari vorige week tijdens een persbriefing. Zij krijgen een verkorte militaire opleiding of gaan vrijwilligerswerk doen in de krijgsmacht. De terughoudendheid van de ultra-orthodoxen lijkt daarmee te kantelen. Ook al door de ernst van de situatie.
Mobilisatie van reservisten in Israël is tot dit jaar nooit een punt van discussie geweest. De samenleving is de afgelopen jaren echter tot op het bot verdeeld geraakt over hervormingen van het staatsbestel door de regering-Netanyahu. Daarbij krijgt de rechterlijke macht minder zeggenschap over de politiek.
Voor het eerst in de geschiedenis weigerden reservisten de afgelopen maanden dienst te doen in het leger. Israëliërs gingen massaal de straat op. Uit woede voor de in hun ogen onacceptabele aantasting van de democratie.
De weigering betekende een regelrechte aanslag op de krijgsmacht. Het leger bleek ineens niet zonder meer te kunnen bouwen op vele tienduizenden reservisten. Onder andere vanwege deze interne verdeeldheid in Israël rook Hamas een kans en zette de terreurdaden op touw.
Na het Palestijnse bloedbad zijn de protesten resoluut verstomd. Reservisten beseffen wat er op het spel staat en melden zich massaal. Israël sluit de gelederen. Niet met een regering van nationale eenheid, maar wel met een oorlogskabinet met de belangrijkste oppositieleider, Benny Gantz, bijvoorbeeld.
Reservisten melden zich op dit moment massaal. Van jong tot oud, van laag tot hoog. Videobeelden op sociale media laten het aantreden zien van Naftali Bennett, de dertiende premier van Israël (juni 2021 tot juni 2022). Bennet diende bij een speciale legereenheid.
„Het vervult mij met trots dat Bennett, een miljonair en eigenaar van een groot ICT-bedrijf, zich gewoon in z’n T-shirtje meldt om het land te verdedigen”, zegt Leeraar van het CIDI. Tegelijk kijkt hij er niet van op. „Zo werkt dat in Israël.”
Vanuit alle delen van de wereld spoeden burgers en reservisten zich naar hun vaderland. De Israëlische luchtvaartmaatschappij El Al vliegt tienduizenden in. Het is dringen aan boord, ook omdat veel andere maatschappijen hun vluchten op Tel Aviv staken.
El Al laat daarom tientallen passagiers per vlucht extra toe. Een Boeing 787 Dreamliner met 270 stoelen neemt zomaar 30 reizigers extra mee. Mannen en vrouwen zitten, hangen en slapen in de gangpaden. Nood breekt wet.
De maatschappij besluit zelfs op zaterdag, de sabbat, naar Israël te vliegen. Een unicum. Sinds 1982 is dit –onder druk van joodse voorschriften– niet voorgekomen. In totaal zijn sinds het uitbreken van de oorlog zeker 165.000 Israëliërs teruggekeerd naar hun land. Niet alleen reservisten, maar ook Israëlische burgers die uit „patriottistische motieven” terugkeren.
Gevechtseenheden
Israël roept niet alle reservisten uit het buitenland op. „Op dit moment krijgen alleen reservisten van gevechtseenheden die tijdelijk in het buitenland verblijven een oproep”, legt Leeraar uit.
Het aantreden van de reservisten verloopt niet overal vlekkeloos. Terwijl actief dienende militairen zijn voorzien van wapens, munitie en andere uitrustingsstukken, ontbreken bij de reservisten vaak diverse onderdelen. Bij speciale depots kunnen zij hun uitrusting aanvullen.
Vierhonderd vrijwilligers van de Shenkarontwerpschool in Tel Aviv en tachtig van de Bezalelkunstschool in Jeruzalem schakelen in ploegendienst moeiteloos over naar de productie van riemen, zakjes en lipjes voor bijvoorbeeld kogelwerende vesten. Naaimachines draaien op volle toeren.
Verzwakt
Terwijl 360.000 reservisten het Israëlische leger versterken, is het aanzien van de krijgsmacht ernstig verzwakt. Israël is volledig verrast door de terreuraanslagen. „Een overschatting van eigen kunnen en een onderschatting van de vijand”, analyseert eerste luitenant b.d. Leeraar. „Het vertrouwen in het Israëlische leger heeft daardoor een klap gekregen.”
Toch zal Israël de moeilijkheden overwinnen, is zijn stellige overtuiging. „Er zijn gigantische fouten gemaakt, net als tijdens de Jom Kipoeroorlog. Israël moet nu vechten en op een later tijdstip kijken naar fouten. De Joodse staat zal niet verslagen worden.”