Tweede Kamer wil meer huizen tot 250.000 euro
Den haag. De Tweede Kamer vindt dat er meer betaalbare woningen moeten worden gebouwd, met een verkoopprijs onder de 250.000 euro. Dat moet de regering als voorwaarde opnemen bij bouwsubsidies en in woonafspraken, aldus de Kamer in een dinsdag aangenomen motie van Faissal Boulakjar (D66).
Demissionair minister Hugo de Jonge (Volkshuisvesting) kwalificeert een woning tot 355.000 euro als betaalbaar. Maar voor een heel groot deel van de woningzoekenden is dat helemaal niet betaalbaar, vindt een meerderheid van de Kamer.
Volgens Boulakjar komen veel woningzoekenden er op de woningmarkt nauwelijks tussen. „De koopwoningen die beschikbaar zijn, zijn voor veel mensen te groot of te duur.” De Jonge moet nu met de opdracht van de Kamer aan de slag om betaalbare huizen te bouwen.
Boulakjar: „Dit voorstel lost het woningtekort niet in één klap op, maar is een belangrijk begin van een bouwomslag. Die omslag is hard nodig om starters en mensen met een middeninkomen weer zicht te geven op een écht betaalbaar huis”.
De Kamer wil ook een zogenaamde tochtkorting, hoewel het kabinet dat niet ziet zitten. Een motie van PvdA-Kamerlid Henk Nijboer daarover kreeg dinsdag de steun van een meerderheid. De huur van een tochtig huis wordt volgens die motie verlaagd, zodat de bewoners hun hoge energierekening kunnen betalen. Nijboer stelt dat deze maatregel de „perfecte prikkel” is voor verhuurders en huurders om huurwoningen „aangenamer en beter geïsoleerd te maken”.
Uit een woensdag verschenen rapport van ABN AMRO blijkt dat de bouw van nieuwe woningen als gevolg van de gestegen rente, de hoge grondprijzen en bouw- en personeelskosten achter dreigt te blijven.
Volgens de bank zorgt de haperende nieuwbouw, samen met een historisch groot woningtekort en het feit dat woningkopers gewend raken aan een hogere rente, er bovendien voor dat de huizenprijzen de afgelopen vier maanden weer licht zijn gestegen.
Daarmee dalen de huizenprijzen dit jaar minder hard dan gedacht en komt er volgens ABN AMRO een einde aan de daling van de woningprijzen. Voor volgend jaar verwacht de bank zelfs een stijging.
Piek
ABN AMRO heeft de verwachtingen voor de huizenprijzen bijgesteld van een daling van 5 procent naar een daling van 3 procent voor dit jaar en van 3 procent daling naar 2,5 procent stijging in 2024. Per saldo liggen de huizenprijzen nog altijd 4,3 procent lager dan de piek in juli 2022, maar het prijsniveau stabiliseert wel op een hoger niveau.
Door een verandering in de leennormen mag een koper vanaf 2024 met hetzelfde inkomen als nu tot 50.000 euro meer lenen voor een meer duurzame woning. „Door deze extra leencapaciteit kunnen duurzame nieuwbouwwoningen voor een grotere groep beschikbaar komen, wat de doorstroming op de huizenmarkt ten goede komt,” zegt Bram Vendel, econoom woningmarkt bij ABN AMRO.
Loonstijgingen en een mogelijke rentedaling bieden volgens de bank zicht op een betere betaalbaarheid van woningen.