Friese overheden vragen minister woningbouwafspraken na te komen
Bestuurders in Friesland vragen woonminister Hugo de Jonge zich aan de afspraken te houden rond het bouwen van woningen in dorpen. In april kregen ze de toezegging dat ook aanvragen voor kleinere bouwprojecten in aanmerking komen voor financiële steun, maar uit overleg concluderen de provincie en Friese gemeenten dat die belofte niet lijkt te worden nagekomen.
De rijksoverheid stelt vanuit de zogeheten Woningbouwimpuls geld beschikbaar om bouwprojecten van tweehonderd of meer woningen te versnellen. Friesland en andere regio’s grepen vaak mis omdat zij aan de slag willen met kleinere projecten. In het voorjaar werd daarom afgesproken de regeling passender te maken, zodat Friese gemeenten een gezamenlijke aanvraag kunnen doen voor plattelandskernen.
Gedeputeerde Sijbe Knol vraagt zich af wat de handtekening van de minister waard is. „Nu willen we in Fryslân versneld 4000 woningen bouwen in dorpen en kernen, maar dan moet de minister wel leveren. Met andere woorden: de minister is actief en wil versnelling. Wij kunnen dat bieden, maar dan moet er wel boter bij de vis.” Hij stelt dat met de middelen uit de Woningbouwimpuls een groot deel van de afgesproken 17.500 woningen in Friese (plattelands)gemeenten kan worden gerealiseerd. „Geef ons dan wel de ruimte.”
Wethouder Chris van Hes van gemeente De Fryske Marren, die de Friese aanvragen coördineert, benadrukt dat aanvragen van tweehonderd of meer woningen bij plattelandsgemeenten niet realistisch zijn. „We waren daarom heel blij met de toezegging van de minister dat de regeling zou worden aangepast, zodat we een gezamenlijke aanvraag voor het platteland van Fryslân kunnen indienen. Vanuit de Friese gemeenten hopen we dat de minister zich aan zijn woord houdt, zodat we verder kunnen met deze opdracht.”