Partijen in meerdere provincies ongerust over verkoop Arriva
In Drenthe, Overijssel, Noord-Brabant en Limburg heeft de PvdA vragen gesteld over wat de verkoop van Arriva betekent voor het vervoer in de provincie. In Noord-Brabant en Limburg diende de SP de vragen mede in. De PVV stelde vragen in Groningen. De partijen maken zich zorgen over de kwaliteit van het bus- en treinvervoer door Arriva als het wordt overgenomen door de Amerikaanse investeerder I Squared Capital.
De vragen werden gesteld voordat donderdag naar buiten kwam dat Deutsche Bahn Arriva echt verkoopt.
De partijen willen weten wat de verkoop aan een investeringsmaatschappij betekent voor het openbaar vervoer en voor de medewerkers van Arriva. Ook zijn er zorgen bij PvdA en SP dat I Squared Capital vooral winst wil maken, terwijl de PvdA het openbaar vervoer vooral ziet als publieke voorziening. De partijen willen weten of de provincie contact heeft gehad met Deutsche Bahn, de verkopende partij, en of er contact is met de andere provincies.
In Noord-Brabant vragen SP en PvdA zich af of bij toekomstige concessies een punt kan worden opgenomen dat doorverkoop van het uitvoerende bedrijf onwenselijk is.
De PVV in Groningen wil weten of er garanties en eisen worden gesteld aan de nieuwe eigenaar van Arriva en of het bedrijf überhaupt verstand heeft van treinen.
Arriva rijdt met bussen en treinen in tien van de twaalf Nederlandse provincies. Volgens hun eigen kaart rijden ze alleen niet in Utrecht en Zeeland. In provincies als Flevoland en Zuid-Holland heeft de vervoerder een busconcessie voor een deel van de provincie.