K. en zijn medeverdachte zouden de 18-jarige pompbediende van Tankstation Pouw hebben bedreigd met een mes en een vuurwapen en hem hebben beroofd van het geld uit de kassalade, telefoonkaarten en een mobieltje.

De advocaat van K., mr. B. M. Beg, betoogde donderdag in Zwolle dat het openbaar ministerie de Wet bescherming persoonsgegevens heeft geschonden door een vingerafdruk die na de overval werd gevonden, te vergelijken met de gegevens uit het Vreemdelingenregister. Dat had volgens Beg niet gemogen, want dat bestand is alleen bestemd voor asielprocedures.

Beg wil dat zijn cliënt wordt vrijgesproken. Als dat niet gebeurt op grond van het misbruik van het Vreemdelingenbestand, dan wel vanwege het ontbreken van een tolk tijdens de verhoren door politie en rechter-commissaris. Officier van justitie mr. E. E. G. Duijts eiste echter vier jaar cel en wil van vrijspraak niets weten. Volgens haar is er een verzoek gedaan om nasporing in het Vreemdelingenregister en zou er geen beletsel zijn om deze gegevens te gebruiken. Dat het om een ernstige zaak gaat, zoals Duijts betoogde, is voor Beg geen maatstaf. „Of het nu gaat om een overval of de diefstal van een brood, justitie hoort zich aan de regels te houden.”

De medeverdachte van K. werd gisteren direct na zijn strafzaak, conform de eis, vrijgelaten.

K., die zijn aandeel tegenover de politie volledig bekende, wees R. A. aan als initiatiefnemer voor de overval. A. zou het vuurwapen hebben gebruikt. Tijdens zijn verhoor noemde K. alleen de voornaam van A. Toen A. in een asielzoekerscentrum was opgespoord, ’herkende’ K. hem van een paar foto’s die hij te zien kreeg. Maar de Leusdenaar ontkende van begin af aan dat hij de ander kende. Dat hij had meegedaan aan de overval, ontkende hij volledig. Dat hield hij ook tijdens de zitting vol.

K. weigerde in deze zaak als getuige op te treden, uit angst zichzelf te belasten. Tijdens zijn eigen zaak beriep hij zich op zijn zwijgrecht.

De uitspraak is op 17 februari.