De ongeveer 15.000 mensen sterke verdedigingsmacht is „niet in staat om te reageren op toekomstige uitdagingen”. Dat blijkt uit een evaluatie van premier Chris Hipkins en minister van Defensie Andrew Little.

Volgens deze beoordeling is het leger van Nieuw-Zeeland ontworpen voor een „relatief goedaardige strategische omgeving” in plaats van de huidige hachelijke situatie in de regio, zoals uitdagingen die te maken hebben met het klimaat en de intense strategische concurrentie tussen China en het Westen.

Little zei dat Nieuw-Zeeland moet investeren in een krijgsmacht en er niet op kan rekenen dat het land beschermd zal worden door zijn afgelegen ligging.

„De veranderingen in de binnenlandse en internationale veiligheid betekenen dat onze paraatheid ook moet veranderen”, vertelde Little vrijdag aan journalisten. „We moeten bereid zijn om onszelf uit te rusten met getraind personeel, middelen, materieel en passende internationale betrekkingen om onze eigen defensie en nationale veiligheid te beschermen.”

De aankondiging volgt op een reeks gesprekken over de rol van Nieuw-Zeeland in een alliantie tussen Australië, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten die de opkomst van China in de Stille Oceaan moet tegengaan.

Nieuw-Zeeland handelde daarin voorzichtig om China, de grootste handelspartner van het land, niet te irriteren. Eind vorige maand zei Hipkins dat Nieuw-Zeeland „openstaat voor gesprekken” over een mogelijke rol die de kernwapenvrije status van het land niet zou schenden.