West-Nederland heeft geen extra zoetwater meer nodig
Door de regen en het stijgende waterpeil van de Rijn heeft West-Nederland geen extra zoetwater meer nodig uit het midden van het land. De speciale maatregel waardoor de drie waterschappen in het westen extra zoetwater kregen uit het Amsterdam-Rijnkanaal en de Lek is daarom donderdag stopgezet. Ook andere droogtemaatregelen zoals extra pompen zijn niet meer nodig, meldt het hoogheemraadschap van Rijnland.
West-Nederland heeft in tijden van droogte snel last van verzilting. Dat komt doordat de grote rivieren dan te weinig water naar zee afvoeren om de instroom van zout zeewater tegen te houden. Als de verzilting de inlaatpunten voor zoetwater zoals bij Gouda dreigt te bereiken, wordt de Klimaatbestendige Water Aanvoer (KWA) ingeschakeld. Rijkwaterstaat stelt dan water uit het Amsterdam-Rijnkanaal en de Lek beschikbaar dat hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden in Utrecht via een heel stelsel van stuwen en gemalen naar West-Nederland transporteert. De KWA stond sinds 12 juli aan.
Ook andere waterschappen in Nederland zeggen dat ze stoppen met extra droogtemaatregelen. Waterschap Rivierenland moet zelfs weer water afvoeren uit alle laaggelegen delen van het werkgebied tussen de Duitse grens en Kinderdijk in Zuid-Holland. Waterschap Drents-Overijsselse Delta heeft in het gebied rond Dalfsen in Overijssel twee gemalen aangezet om wateroverlast daar te voorkomen. Sproeiverboden blijven nog wel overal van kracht, omdat de grondwaterstand nog niet voldoende is hersteld. Maar de landbouw beregent in deze tijd van het jaar een stuk minder.