De titel van het traktaat, met een full colour omslag, is ontleend aan het begin van het Bijbelboek Esther. Daarin staat beschreven dat koning Ahasveros een maaltijd aanrichtte voor al zijn vorsten en knechten. Hij vertoonde hen „de rijkdom van de heerlijkheid van zijn rijk, en de kostelijkheid van het sieraad van zijn grootheid, vele dagen lang, honderd en tachtig dagen” (Esther 1:4).

Het traktaat bevat de eerste vier verzen van Esther, gevolgd door de preek die ds. Bogerd op 11 juni in de Dorpskerk in Wouterswoude over dit gedeelte hield. De predikant liet duizend exemplaren drukken, waarvan hij er 400 tot 450 in zijn eigen dorp verspreidde. „En de rest her en der in de regio. Ik heb er nog honderd liggen, voor de laatste twee straten in mijn dorp. Ook digitaal zijn er veel verspreid.”

Hoe kwam u ertoe om deze preek uit te geven en huis aan huis door de brievenbus te doen?

„In deze eerste preek in een serie over Esther kwamen nogal wat feiten over het rijk van koning Ahasveros naar voren. Ik dacht: het is wel handig als gemeenteleden dat nog eens kunnen nalezen. Ik had de preek natuurlijk kunnen afdrukken in de kerkbode, maar kwam in contact met iemand die een gedrukte uitgave wilde sponsoren. Toen heb ik besloten deze huis aan huis te bezorgen, want iedereen mag weten waar we het in de kerk over hebben. Als er een sticker op de brievenbus zat die aangaf dat mensen geen ongeadresseerd drukwerk willen, belde ik aan. Dan wilden mensen het traktaat toch wel hebben.”

Hebt u vaker op deze manier een preek verspreid?

„Dit was de eerste keer. Wel heb ik vorig jaar maart een bundel meditaties over de psalmen, onder de titel ”Een lied onderweg”, verspreid. Die had ik geschreven in een periode van ziekte. In vijf maanden tijd belde ik bij bijna ieder huis in Wouterswoude aan. Daardoor ontstonden heel wat gesprekken. De ene keer zat ik bij mensen in huis, een andere keer in de schuur, de tuin of het bedrijf. Ook heb ik weleens Bijbels en boekjes van Spurgeon aan mensen in het dorp uitgedeeld.”

U hebt de gedrukte preek over Esther niet aangepast voor mensen die minder bekend zijn met de Bijbel en taalgebruik in kerkelijke kring. Een bewuste keus?

„Ik heb de tekst bewust laten corrigeren door een journaliste van niet-christelijken huize. Zij had er geen moeite mee om de preek te begrijpen. Je moet niet denken dat je met een boodschap in jip-en-janneketaal mensen tot bekering brengt. Het gaat om het Woord, dat moet het doen.

Er staan best confronterende dingen in de preek. Ik zeg bijvoorbeeld dat mensen „het misschien wel dwaasheid vinden om een feest te houden van 180 dagen. Maar zijn die 180 dagen dwaasheid niet slechts een druppel op een emmer, in vergelijking met hoeveel dagen jij al zonder God voortleeft, zo op de eeuwigheid aan? Sterven is God ontmoeten. En dan heb je geen Borg en Middelaar, Jezus Christus, Die spreekt, wanneer je je laatste adem, uitblaast: „Komt in, gij gezegende van Mijn Vader, beërft het Koninkrijk hetwelk u bereid is van voor de grondlegging der wereld”.” Daar gaat het om.”

Hebt u van buitenkerkelijke mensen reacties gekregen op het traktaat?

„Een groot deel van de inwoners van Wouterswoude is kerkelijk. Van rand- of buitenkerkelijken heb ik nog niet veel reacties gekregen, maar dat geeft niet. Friezen zijn nuchter en reageren over het algemeen niet zo snel, behalve wanneer ze het ergens beslist niet mee eens zijn. Toen ik de meditaties over de psalmen had verspreid, lieten verschillende dorpelingen een halfjaar later ineens nog weten wat ze voor hen hadden betekend. Ook kortgeleden kreeg ik er nog reacties op.

Met het traktaat over Esther wil ik mensen duidelijk maken waarover het gaat in de kerk. De drukker heeft er een QR-code bij gezet die verwijst naar de diensten in onze gemeente via kerkdienstgemist.nl. Ik hoop dat mensen ook op die manier kennismaken met de kerk, want we hebben een boodschap waar we ons niet voor hoeven te schamen, maar die we vrijmoedig mogen uitdragen. Op hoop van zegen.”