Angst voor bosbranden niet geweken in Griekenland
De natuurbranden in Griekenland zijn over het geheel genomen „onder controle”. Het betekent niet dat de angst is verdwenen en de brandweerlieden op vakantie kunnen. Zaterdag ontstonden er volgens Griekse media drie nieuwe vuurhaarden, ditmaal op de Peloponnesos. Meer dan honderd personen zijn bezig met de bluswerkzaamheden, met assistentie van zeven vliegtuigen en twee helikopters.
De bewoners van vier dorpen ten oosten van Pyrgos, in de westelijke regio Ilia, is aangeraden een veilig heenkomen te zoeken. Voor opvang kunnen ze onder meer terecht in de oude stad Olympia, een trekpleister voor toeristen. In de bosrijke omgeving van Mapsos, in het oosten van de Peloponnesos niet ver van Korinthe, laaiden zaterdag in de namiddag de vlammen op. De brandweer krijgt bij de bestrijding van het vuur steun uit de lucht.
Op de populaire vakantie-eilanden Rhodos, Corfu en de streek rond Volos op het Griekse vasteland zijn de branden die de autoriteiten het meest zorgen baarden zo goed als bedwongen. „Daar is niet langer een actief front”, zei een woordvoerder van de brandweer. „Er zijn verspreide vuurhaarden die nog worden geblust. Ons aantal manschappen op de grond wordt niet verminderd totdat de grote gevaren zijn geweken.”
De Griekse meteorologische dienst waarschuwde ook waakzaam te blijven. De wind trekt weer aan en na enkele dagen van wat verkoeling stijgt de temperatuur weer tot rond de 33 graden, met uitschieters tot 37. Eerder steeg het kwik op veel plaatsen rond de Middellandse Zee tot boven de 45 graden.
De krant Ekathimerini meldde op de site dat het zeewater rond Griekenland tussen 5 en 27 juli extreem is opgewarmd. De meteorologen stelden dat vast aan de hand van satellietgegevens. In het zuidelijk deel van de Ionische zee steeg de watertemperatuur tot boven de 30 graden, 4 tot 5 graden meer dan normaal in deze tijd van het jaar. Te wijten is dat aan de ongebruikelijk warme winter en de twee weken durende hittegolf in juli. In de noordwestelijke Egeïsche zee was de toename 3 tot 4 graden. In het oostelijk deel viel de temperatuurstijging mee. Daar werd aan de oppervlakte gemiddeld 24 graden gemeten.