Ook voor moeilijke leerling plek op school
Minister Van der Hoeven (Onderwijs) wil dat moeilijke leerlingen makkelijker op school geplaatst moeten kunnen worden. Nogal wat kinderen die gedragsproblemen vertonen of autistisch zijn, gaan nu niet of onregelmatig naar school.
Van der Hoeven zei dat donderdag in de Tweede Kamer. De minister vindt dat ouders de garantie moeten krijgen dat hun kind een plaats op school krijgt. Ze ziet toekomst in regionale projecten om te voorkomen dat kinderen blijven thuiszitten, zoals nu het geval is.
Van der Hoeven erkende dat de uitvoering van het rugzakje voor gehandicapte leerlingen veel te ingewikkeld en te burocratisch is. Maar ze voelt er in dat verband niet voor de Landelijke Commissie Toezicht Indicatiestellingen af te schaffen. Een meerderheid van de Kamer vindt die instantie overbodig. Afschaffing van de commissie zou de zorg voor ’moeilijke’ leerlingen enige miljoenen kunnen opleveren.
Ouders van kinderen met een handicap, talrijk aanwezig op de publieke tribune, komen in een labyrinth van regelingen en afkortingen terecht als zij voor hun kind de optimale schoolopleiding wensen. De handicaps zijn complex en de regels zo gedetailleerd dat het lijkt alsof er voor ieder kind een regel is, zoals de bewindsvrouw zich liet ontvallen.
Volgens een schatting van het Kamerlid Eijsink (PvdA) leidt dit er toe dat 2500 moeilijk opvoedbare kinderen niet naar school kunnen. Volgens cijfers van de Inspectie voor het Onderwijs staan er echter niet meer dan enige honderden kinderen op een wachtlijst.
Van der Hoeven streeft er naar dergelijke leerlingen zo veel mogelijk het reguliere basisonderwijs te laten volgen. Maar uit cijfers blijkt dat het aantal ’zorgleerlingen’ in het reguliere basisonderwijs afneemt. Omdat de procedures zo bureaucratisch zijn, kiezen de ouders voor het speciaal onderwijs.