Het bezoek aan Camp Smitty en de ontmoeting van Allawi met enige honderden lokale sjeiks en stamhoofden op het station in as Samawah was tot de avond ervoor zorgvuldig geheimgehouden. Militairen en speciale eenheden van de Amerikanen en de Nederlanders beveiligden de Iraakse premier, die boven aan de dodenlijst van veel terroristen in Irak staat.

In een gesprek in de zogeheten VIP–tent op het Nederlandse kamp bedankte Allawi de Nederlandse commandant, luitenant–kolonel F. van Dooren, voor het werk van de Nederlanders de afgelopen negentien maanden.

Tegenover het ANP zei Allawi dat in Irak bekend is dat Al Muthanna een van de veiligste provincies van het land is en dat de Nederlandse militairen met „goed gedrag richting de bevolking" zeer veel betekend hebben voor de veiligheid en stabiliteit in de provincie. „Als regering zien we het zo: hoe sneller er veiligheid is, hoe sneller de eigen Iraakse veiligheidsdiensten de taken kunnen overnemen. In mijn gesprekken met wereldleiders als president Bush, gisteren nog, en premier Blair geef ik Al Muthanna altijd als voorbeeld van stabiliteit en veiligheid. En ik zeg er dan bij dat dat mede te danken is aan de Nederlandse militairen", aldus Allawi.

De Iraakse premier beloofde bataljonscommandant Van Dooren dat de landen die Irak hebben geholpen „prioriteit krijgen bij de wederopbouw van het land". Allawi noemde een Nederlands–Iraakse samenwerking bij de bouw van Iraakse havens als een van de mogelijkheden. „Het is mijn intentie om in de toekomst met Nederland partnerschappen aan te gaan op economisch, commercieel en politiek gebied", zei Allawi tegen Van Dooren.

Die benadrukte dat de Nederlanders zich snel thuis hebben gevoeld in Al Muthanna. Rechtstreeks tot Allawi zei hij: „Ik bewonder u om het feit dat u voorop gaat in de strijd voor een veiliger en moderner Irak. Ik zag u eerder alleen op televisie en het is een ongelooflijke eer dat ik nu naast u zit."

Allawi zei verder nog dat hij in het tijdperk onder dictator Saddam Hussein vaak Nederland in het geheim had bezocht om te praten met andere oppositieleiders in ballingschap. De Nederlandse regering faciliteerde die gesprekken altijd, aldus Allawi. „Het Nederlands volk is goed, vriendelijk en beschaafd. Ik heb grote bewondering voor Nederland."