Burgemeester Barneveld weg in crisistijd
Net in zijn laatste week als burgemeester is Barneveld het toneel van een bestuurlijke crisis. Grondaankopen voor de nieuwe wijk Veller houden raad en college in de ban. Toch zegt scheidend CDA-burgemeester W. A. Burgering voor hetere vuren te hebben gestaan. „Het moeilijkst was zonder meer de mkz-crisis. En vergeet de vogelpest niet. Desondanks is het burgemeesterschap van Barneveld voor mij het mooiste ambt dat er is.”
De wieg van Wim Burgering stond in Barneveld. Hij groeide er op, bezocht als schooljongen de aubade op Koninginnedag. Hij keek op tegen de man die daar namens Hare Majesteit de aubade afnam. Toen al leek het hem wel wat, het burgemeesterschap. „Maar ik had nooit kunnen denken dat ik ooit zelf die aubade nog eens zou afnemen.”
Voor Burgering eind 1999 benoemd werd tot burgemeester van Barneveld was hij burgemeester van Rijnwaarden in de Gelderse Liemers, met plaatsen als Lobith, Pannerden en Tolkamer. Daarvoor was hij sinds 1974 raadslid voor de KVP en het CDA in de gemeenteraad van Barneveld.
Op het moment dat hij burgemeester van Rijnwaarden werd, was dat niet met het doel om in Barneveld te eindigen. „Maar toen die kans zich voordeed, dacht ik wel: wat zou ik daar graag burgemeester zijn.”
Hoewel hij al veel van de Barneveldse samenleving wist, nam hij ruim de tijd om zich een nog scherper beeld te vormen van de naar eigen zeggen „veelkleurige samenleving. Ik ben bijvoorbeeld bij zo goed als alle intrede- en afscheidsdiensten van predikanten en voorgangers binnen de gemeente geweest.”
U kwam in 1999 als rooms-katholiek aan het hoofd van een protestants bolwerk te staan en volgde een SGP’er op. Hoe ervoer u dat?
„Weet u, het is mijn oprechte intentie geweest om burgemeester voor iedereen te zijn. Je moet respect uitstralen. In de praktijk heb ik niet gemerkt dat mijn geloofsovertuiging tot problemen leidde.”
Leeft dat respect voor de ander voldoende in Barneveld?
„Dat is een moeilijke vraag. Ook Barneveld is veranderd. Ik herinner me dat er in mijn kindertijd in Barneveld iets was wat ze in Twenthe ”noaberschap” noemen. Men keek naar elkaar om, er was een zekere gemoedelijkheid. Dat mis ik nu wel eens. De hele samenleving staat onder spanning.
Toch zie ik hoopgevende dingen. Bijvoorbeeld de wijkplatforms, waarin we samen met politie en de woningbouwvereniging overleggen met bewoners. Er is ook nu nog saamhorigheid, al is het geen heilig volkje hier.”
Tijdens de mkz-crisis in 2001 kreeg u heel wat over u heen. Hoe kijkt u daarop terug?
„Er was als het ware één gezamenlijke vijand voor veel Kootwijkerbroekers: de burgemeester van Barneveld. En dat was ik. Een ellendige tijd.”
Wat was uw taak in die periode?
„Als burgemeester was ik verantwoordelijk voor de handhaving van de orde en had ik te zorgen dat de openbare ruimte toegankelijk was voor ruimingsploegen en mensen van de Rijksdienst voor Vee en Vlees. En ondanks dat alles wilde ik toch contact houden met de mensen in het gebied.”
Wat raakte u het meest tijdens de mkz-crisis?
„Het was natuurlijk een ellendige tijd voor agrariërs. Hun werk van jaren ging eraan. En dan de onzekerheid of het echt mkz was of niet. Maar wat mij persoonlijk het meest verdriet deed, was dat ik privé niet met rust werd gelaten. Mijn vrouw is bedreigd, meermalen. Ikzelf ben bedreigd. Er werden vernielingen aangericht bij ons huis. Dat heeft vrij lang geduurd, ook na de mkz-crisis. Verder wil ik daar niet op ingaan.
Wel dit: petje af voor mijn vrouw die het allemaal wonderwel heeft doorstaan. Maar een aantal mensen is me bijzonder tegengevallen.”
Remt het uw optreden vandaag de dag?
„Nee. Met de overgrote meerderheid van Kootwijkerbroek heb ik weer een evenwichtige relatie. Het andere deel werd zijn hun machteloosheid door oproerkraaiers opgejut tegen de overheid. Excuses heb ik nooit gehoord. Wel opmerkingen als: „Het was niet allemaal goed wat er toen gebeurd is.” Of ik dat als een excuus zie? Laat ik het zo zeggen: elke opmerking in die richting neem ik in me op.”
Is de vee- en vleessector er na de mkz-crisis en vogelpest weer bovenop?
„Daarover ben ik bezorgd. De vraag van de markt speelt een steeds belangrijkere rol. En een dierziekte kan zo weer uitbreken. Barneveld moet zich profileren, bijvoorbeeld met het vorige week geopende Poultry Centre Barneveld.
Maar we moeten nuchter zijn: niet ieder bedrijf zal het redden. Toch heeft innovatie de toekomst. We moeten een aantrekkelijke handelspartner blijven.”
En dan net voor uw vertrek een affaire rondom de woonwijk Veller. Vervelend?
„Soms denk ik heel koel, als bestuurder: zo gaat dat. Je hebt met zulke grote projecten wel eens tegenslagen. Gelukkig zijn er financieel geen brokken gemaakt. Het is wel een drama voor alle betrokken partijen, in het bijzonder voor de opgestapte wethouders. Maar ik ben van mening dat het college tijdig maatregelen heeft genomen toen het misging.”
Wat moet uw opvolger ter harte nemen?
„Hij moet zijn eigen weg vinden in Barneveld. Daarom heb ik heb maar één advies: verdiep je met volle inzet in de veelkleurigheid van de samenleving.”