Het is volgens Heijnen (staatssecretaris van Infrastructuur) vooral zaak in gesprek te blijven. Vrijdag spreekt zij met lokale afdelingen en dit weekeinde wordt in de top van het CDA gesproken. Aan afdelingen moet volgens de bewindsvrouw gevraagd worden: „wat verwachten jullie van ons en wat kunnen jullie zelf.” Ze erkent desgevraagd dat er niet alleen zorgen zijn over de koers van de partij, maar ook over partijleider Wopke Hoekstra. Maar „daar ben ik het niet zozeer altijd mee eens”.

Ze benadrukt dat Hoekstra zich in eerste instantie niet kandidaat had gesteld voor het leiderschap van de partij, maar dit pas deed toen er een nadrukkelijk beroep op hem werd gedaan vanuit de partij. De kritiek dat hij onzichtbaar is, deelt Heijnen niet. „Ik zie ook dat hij veel afdelingen bezoekt en hoe intensief hij met de club bezig is.” CDA’ers geven aan dat het leiden van een partij die met zichzelf worstelt moeilijk samengaat met het ministerschap van Buitenlandse Zaken. „Het is een ontzettend lastige tijd, en dat mag ook wel eens gezegd worden”, reageert Heijnen daarop.

Met diverse afdelingen, de Tweede Kamerfractie én het CDA-smaldeel uit het kabinet, wil Heijnen „kijken hoe we de partij beter in het zadel kunnen krijgen”. De partij verloor de afgelopen verkiezingen steeds, en doet het slecht in de peilingen, onder meer door concurrentie van de BBB. In het voor het CDA gevoelige stikstofdossier liet Hoekstra zich een paar keer nadrukkelijk zien. Zo zei hij na de verkiezingen dat zijn partij de stikstofafspraken uit het coalitieakkoord wil heronderhandelen. Maar wanneer die gesprekken in de coalitie precies gaan beginnen, is nog niet duidelijk, zoals Heijnen ook aangeeft.

Naar verluidt zijn er verschillende leden die een extra congres willen organiseren om over de koers van het CDA te praten. Dit weekeinde spreekt de partijtop ook met provinciale CDA’ers voor de afsluiting van het politieke jaar.