Geldprobleem Amsterdams ov valt mee, wel langer personeelstekort
De financiële problemen in het Amsterdamse openbaar vervoer lijken minder groot te zijn dan eerst werd ingeschat. Tegelijkertijd houdt het personeelstekort langer aan dan verwacht. Dat meldt vervoerswethouder Melanie van der Horst in een brief aan de Regioraad, het belangrijkste bestuursorgaan van de Vervoerregio Amsterdam.
In maart werd duidelijk dat het ov in de hoofdstad in zwaar weer verkeert vanwege personeelstekorten, de gestegen energieprijzen en teruglopende inkomsten in de coronaperiode. Uit een ingrijpend conceptplan bleek dat het vervoerbedrijf fors moest gaan bezuinigen, met als gevolg dat het GVB vanaf de zomer trams, bussen en metro’s minder vaak zou laten rijden, en er in 2024 bus- en tramlijnen geschrapt zouden worden. Daar was veel om te doen, omdat reizigers dan vaker zouden moeten overstappen en een langere reistijd zouden hebben.
De financiële problemen lijken nu mee te vallen, meldt Van der Horst. Dat komt doordat de Vervoerregio een budget van maximaal 20 miljoen euro heeft vrijgemaakt, en de gemeente Amsterdam 7,5 miljoen euro opzijzet om financiële tegenvallers op te vangen. Dat geld moet de aangekondigde aanpassingen in het openbaar vervoer voorkomen, aldus de wethouder. Ook hebben inspanningen van het GVB gezorgd voor een beter financieel vooruitzicht. Zo zijn er maatregelen genomen om energie te besparen en moeten acties en campagnes meer reizigers trekken. Ook probeert het GVB meer personeel te trekken.
Vanwege deze ontwikkelingen is het inmiddels niet langer nodig om tramlijn 13, tussen het Centraal Station en Geuzenveld, minder vaak te laten rijden, staat in de brief. Voor lijn 14 en lijn 19 is dat nog niet zo. Verder staat er dat geprobeerd wordt om „het aantal netwerkwijzigingen tot het minimaal noodzakelijke te beperken”. Daar waar wijzigingen wel nodig zijn, „wordt gekeken of aanvullende maatregelen nodig zijn om de toegankelijkheid van het ov te blijven garanderen”.
Op 11 juli praat de Regioraad verder over de plannen. In het najaar moet het Vervoerplan voor 2024 worden vastgesteld.