Beleggers zoeken naar richting tijdens debat over schuldenplafond
De aandelenbeurzen in New York zijn met een gemengd beeld de handel uitgegaan. Beleggers hielden de politiek in Washington in de gaten. Het Huis van Afgevaardigden debatteerde over de deal tussen president Joe Biden en Republikeinen over het verhogen van het schuldenplafond van de Amerikaanse overheid. Volksvertegenwoordigers moeten dit principeakkoord nog goedkeuren.
De Dow-Jonesindex eindigde 0,2 procent lager op 33.042,78 punten. De breder samengestelde S&P 500 bleef vrijwel onveranderd op 4205,52 punten en techbeurs Nasdaq steeg 0,3 procent tot 13.017,43 punten.
Zonder een verhoging van het maximale bedrag dat de Amerikaanse overheid mag lenen dreigt de federale regering binnenkort zonder geld te komen zitten, wat grote chaos op financiële markten kan veroorzaken. Maar beleggers in obligaties lijken overwegend positief over een goede afloop en zetten Amerikaanse schuldpapieren hoger.
Dit ondanks het dreigement van meerdere Republikeinen aan de rechterkant van de fractie in het Huis van Afgevaardigden om hun voorzitter Kevin McCarthy weg te stemmen. Ze zijn boos over het compromis dat hij sloot met de Democratische president.
Chipbedrijf Nvidia eindigde 3 procent hoger, waarmee een deel van de winsten van eerder op de dag verdween. Aan het begin van de handelssessie was het concern voor korte tijd meer dan 1 biljoen dollar waard, geholpen door optimisme over nieuwe producten die Nvidia op de markt zet rondom kunstmatige intelligentie.
Tesla won 4,1 procent. Topman Elon Musk van de Amerikaanse fabrikant van elektrische auto is in China voor een ontmoeting met de Chinese minister van Buitenlandse Zaken Qin Gang. Tesla heeft onder meer een grote fabriek in Shanghai.
Ford Motor steeg ruim 4 procent. Analisten van investeringsbank Jefferies verhoogden het advies voor de autofabrikant naar kopen en verwachten dat de koers van het aandeel Ford met meer dan 30 procent kan stijgen.
Beleggers verwerkten ook nieuwe cijfers over het Amerikaanse consumentenvertrouwen. Huishoudens waren de afgelopen maand iets minder optimistisch dan in april, maar het sentiment verslechterde minder sterk dan economen in doorsnee hadden verwacht.
De euro was 1,0730 dollar waard, tegenover 1,0718 bij het slot van de Europese beurzen. Een vat Amerikaanse olie zakte 4 procent in prijs tot 69,78 dollar. Brentolie kostte 4,1 procent minder op 73,92 dollar per vat.