Die gegevens mogen maximaal vijf jaar worden bewaard en verstrekt aan het Openbaar Ministerie (OM), de Koninklijke Marechaussee en de Nationale Politie, zegt Yeşilgöz. Die handelswijze is volgens haar in lijn met de uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie.

De Autoriteit Persoonsgegeven (AP) had het ministerie, mede op basis van die uitspraak, eind februari gelast onmiddellijk te stoppen met de grootschalige verwerking van gegevens van vliegtuigpassagiers. In maart maakte Yeşilgöz bekend de gegevens van vliegtuigpassagiers te blijven bewaren, maar de termijn te verkorten van vijf naar drie jaar. Als er in die drie jaar bewijs komt dat iemand mogelijk betrokken was bij terrorisme of zware misdaad, wordt de termijn alsnog naar vijf jaar verlengd.

Inmiddels worden passagiersgegevens ouder dan drie jaar niet meer verstrekt aan de opsporingsdiensten, behalve die van terroristen of zware criminelen, schrijft de minister aan de Kamer. Er zijn echter nog geen gegevens gewist. Daarvoor is eerst een „nadere analyse” nodig.

Ze kan nog niet toezeggen wanneer wordt begonnen met het wissen van gegevens die ouder zijn dan drie jaar. De data worden „definitief gewist” als de „analyse is afgerond en de benodigde technische aanpassingen zijn doorgevoerd”. Daar wordt de komende tijd prioriteit aan gegeven, belooft Yeşilgöz.