Staatssecretaris niet blij met cookiemeldingen op sites
Websites gaan niet goed om met cookies, die het internetgedrag van bezoekers volgen. Volgens staatssecretaris Alexandra van Huffelen (Digitalisering) „zien we in de praktijk dat de naleving beter kan en moet. Het is niet duidelijk welke gegevens verzameld worden en wat ermee gebeurt. De manier waarop sites toestemming vragen is ingewikkeld en vaak is het makkelijker om op ja te klikken dan op nee.”
Websites zijn verplicht om bezoekers te vragen om toestemming voor het plaatsen van cookies. Mensen krijgen online daardoor veel meldingen te zien waar ze knoppen aan of uit moeten zetten. Soms zijn die meldingen vooraf zo ingevuld dat mensen toestemming geven, en moeten ze pagina na pagina door om elke schuif uit te schakelen. Van Huffelen: „Als je de cookies niet wil, moet je veel meer moeite doen om vragen te beantwoorden. Dat leidt tot consentmoeheid, dat je maar ja zegt omdat dit sneller gaat.”
Van Huffelen wil met de Europese Commissie en de andere Europese landen werken aan een oplossing. „We vinden het belangrijk dat burgers in één keer kunnen aangeven waarmee ze wel en niet akkoord gaan.” Ook wil ze met techbedrijven praten over de mogelijkheid dat de cookievragen standaard op nee staan. Bezoekers hoeven dan niets te doen om cookies te weigeren.
Tracking cookies volgen mensen niet op één enkele site, maar overal. Ze zien bijvoorbeeld dat iemand op webshop A de ene wasmachine bekijkt, op webshop B een andere wasmachine zoekt, en vervolgens op een andere site naar recensies van wasmachines kijkt. Die persoon kan vervolgens op een volkomen andere site ineens een advertentie voor wasmachines voorgeschoteld krijgen.
Tijdens een debat in de Tweede Kamer over de cookies wees Renske Leijten (SP) erop dat de gegevens van elke internetgebruiker 376 keer per dag worden verhandeld. „Alles wat gratis lijkt is niet gratis want je geeft het weg. Soms weten sites nog eerder dan jij dat je gaat scheiden. Willen we dit?”
De ChristenUnie vroeg om beter toezicht op de privacy van kinderen als ze online zijn. Volgens Van Huffelen zijn er meerdere waakhonden die dat controleren: de Autoriteit Persoonsgegevens, het Commissariaat voor de Media, de Autoriteit Consument en Markt, en zelfs de Arbeidsinspectie voor het geval kinderen door hun ouders aan het werk worden gezet om familievlogs te maken. De staatssecretaris wil met de toezichthouders kijken hoe een ‘kinderautoriteit’ het beste kan worden geregeld.