Kabinet houdt woord over Irak-missie
Stelliger kon minister Bot van Buitenlandse Zaken zich juni vorig jaar in de Kamer nauwelijks uitdrukken: „Acht maanden zijn acht maanden. Een langer verblijf is niet aan de orde.” Het kabinet heeft woord gehouden. De voltallige ministerraad zal vrijdag instemmen met het definitieve vertrek van de Nederlandse militairen per half maart uit Irak.
In het kamerdebat van 22 juni vorig jaar zetten de bewindslieden Bot en Kamp (Defensie) de positie van het kabinet duidelijk uiteen: De Nederlandse troepen zouden worden uitgezonden voor een periode van acht maanden, tot vlak na de Iraakse verkiezingen. In tussentijd zouden ze Iraakse veiligheidstroepen opleiden die hun werk vanaf maart kunnen overnemen.
Een heel kleine uitzondering op het ingenomen standpunt wilde Bot wel toestaan. „Mocht toch het onvoorziene gebeuren”, dan zou de deur naar verlenging van de missie in Irak op een kier staan. Veel ruimte bood hij overigens niet: „De kier is buitengewoon klein.” Alleen uitstel van de verkiezingen in Irak zou reden zijn om de Nederlandse bijdrage te verlengen. Het was het kabinet er immers om te doen het verkiezingsproces te begeleiden, zoals Bot in de Kamer zei.
Met de einddatum van half maart in het vizier laaide de discussie over een eventuele verlenging toch weer op in politiek Den Haag. Aangezwengeld door de Tweede Kamer, met de VVD op kop. Die kreeg bijval van het CDA. Fractieleider Verhagen maakte eind december bekend dat zijn partij bereid was de militairen in Irak te handhaven als de wederopbouw van dat land daarmee zou zijn gediend.
Samen met SGP en LPF vormden VVD en CDA vanaf dat moment een kleine kamermeerderheid die voor een langer verblijf van de Nederlandse militairen in Irak was. De fracties probeerden het kabinet zo ver te krijgen zijn stelling te verlaten en in te stemmen met een verlenging van de missie.
Aanhoudende verzoeken van de VS, Groot-Brittannië en de Irakezen aan het kabinet om deel uit te blijven maken van de strijdmacht in Irak, voerden de druk op. Bot werd naar eigen zeggen „blauw gebeld” door pleitbezorgers van verlenging.
Op de nieuwjaarsbijeenkomst van het CDA zaterdag leek de minister nog door de knieën te gaan. Hij toonde begrip voor de druk vanuit Groot-Brittannië, dat verantwoordelijk is voor de regio waarin de Nederlandse troepen zijn gestationeerd. „Door bijna 1400 man terug te halen, creëren we in zuidelijk Irak een vacuüm dat de Britten moeten opvullen”, aldus Bot. Hij voelde er wel voor om een groep van ongeveer 650 militairen enkele maanden langer in Irak te laten blijven.
Overleg tussen premier Balkenende, Bot en Kamp maandag deed de bewindsman echter toch weer naar zijn oude standpunt terugkeren: de missie in Irak zal per half maart definitief worden beëindigd. Belangrijkste argument daarvoor was voor het drietal dat er geen onvoorziene omstandigheden hebben plaatsgehad. De Iraakse verkiezingen staan gepland voor 30 januari en de Iraakse regering is vastbesloten ze te laten doorgaan.
De scholing van Iraakse veiligheidstroepen verloopt niet optimaal. Toch zijn al meer dan 2800 Iraakse veiligheidsfunctionarissen opgeleid en hebben de Irakezen op lokaal niveau zelf de controle in handen. Medio maart zullen ze ook de regionale controle kunnen uitoefenen.
Het kabinet meent verder dat Nederland nu wel genoeg heeft gedaan in Irak. „Ik vind dat wij onze verantwoordelijkheid ruim hebben waargemaakt”, aldus minister Kamp. Bovendien zijn de militairen elders hard nodig, zoals in Afghanistan. Daar wil Kamp de Nederlandse troepenmacht uitbreiden.
Ten slotte was het politieke draagvlak voor een verlenging van de missie maandag al klein. PvdA en regeringspartij D66 verzetten zich fel tegen een langere bijdrage. VVD en SGP, gesteund door CDA en LPF, drongen wel bij het kabinet aan op een langer verblijf. Daarmee zou slechts een uiterst kleine kamermeerderheid voor een verlengde uitzending zijn. Een breed draagvlak ontbrak.
Formeel is dat weliswaar niet nodig, maar toch hecht het kabinet bij het uitzenden van militairen altijd aan zo veel mogelijk steun in het parlement. Die steun is inmiddels nog verder geslonken. Het CDA besloot gisteren zich neer te leggen bij het vertrek van de troepen uit Irak.
Met het besluit van Balkenende, Bot en Kamp, dat naar verwachting morgen door het voltallige kabinet zal worden bekrachtigd, heeft de regering zijn in juni gegeven woord gehouden. Dat is in politiek opzicht van belang voor de grootste oppositiepartij, de PvdA, die vorig jaar alleen met de missie wilde instemmen op voorwaarde dat de uitzending op de afgesproken tijd afgelopen zou zijn. Het is, vanuit menselijk perspectief gezien, duidelijk richting de uitgezonden militairen en hun families. Die weten nu, na alle discussies die de laatste tijd woedden, definitief waar ze aan toe zijn.