Mens & samenlevingZelfmoordpreventie

Hulpverleners van 113 weten: een luisterend oor lucht vaak al op

Maanden waarin iedere dag een 30-minner zichzelf van het leven berooft: ze komen steeds vaker voor. Op het kantoor van 113 Zelfmoordpreventie in Amsterdam praten hulpverleners mensen soms letterlijk terug naar een veilige plaats.

5 April 2023 15:32Gewijzigd op 5 April 2023 19:55
Een team zit 24 uur per dag klaar om via de chat of telefonisch mensen te woord te staan bij 113 Zelfmoordpreventie. beeld Eran Oppenheimer
Een team zit 24 uur per dag klaar om via de chat of telefonisch mensen te woord te staan bij 113 Zelfmoordpreventie. beeld Eran Oppenheimer

Er heerst een serene rust op de afdeling hulpverlening van 113 Zelfmoordpreventie, op de vijfde verdieping van een kantoorpand in Amsterdam-Zuidoost. Tientallen computers staan opgesteld in blokken. De meeste schermen zijn zwart, achter sommige is een –vaak jonge– medewerker verdiept in een chatgesprek.

Aan de rand van de ruimte zijn vijf hokjes om telefoongesprekken te voeren. Ze zijn huiselijk ingericht met tweedehandsmeubels. Alle ruimtes zijn bezet door medewerkers met een headset, al is het 10.00 uur; normaal gesproken een rustig moment van de dag bij 113. De een loopt rondjes, een ander is neergeploft in een fauteuil, de voeten op een andere stoel. Hoewel het eruit ziet of ze een vriend aan de lijn hebben, praten ze met iemand die worstelt met suïcidale gedachten.

Soms klinkt een zacht belletje. Het teken dat iemand via de chat of telefoon contact legt met 113, vertelt Maryke Geerdink, klinisch psycholoog en manager van de afdeling hulpverlening. Iemand die contact opneemt in de chat, moet eerst een aantal veiligheidsvragen beantwoorden. Zo krijgt een hulpvrager stellingen voorgelegd als ”Ik voel me hopeloos” en ”Ik ben geneigd mezelf iets aan te doen”. Vervolgens wordt hij of zij doorverbonden met een medewerker. Die stelt vragen om een inschatting te maken van de veiligheid van de situatie.

Schulden

Dagelijks kloppen zo’n 500 mensen aan bij 113, de meesten ’s avonds. Sommigen van hen balanceren op dat moment op het randje van het leven, anderen zitten veilig thuis, soms zelfs naast hun ouders op de bank. De een kampt met schulden, de ander heeft psychische problemen, voor een volgende is de dood van de hond de laatste druppel.

Praten helpt, daarvan zijn ze bij 113 overtuigd. Daarom staan er op het kantoor in Amsterdam 24 uur per dag medewerkers klaar met een luisterend oor. Gedeeltelijk zijn dat mensen met een opleiding in de psychosociale hulpverlening, maar er zijn ook zo’n veertig vrijwilligers uit andere beroepsgroepen één dag per week actief. Daarnaast lopen er zo’n 25 stagiaires bij 113, die allemaal een meerdaagse training hebben gehad.

19195700.JPG
Lisa Wortelboer l. en Annelies van Braak aan het werk. beeld Eran Oppenheimer

Hyperventileren

Het werk kan pittig zijn, weten Annelies van Braak (30) en Lisa Wortelboer (26). Ze begonnen een kleine drie jaar geleden bij 113 en voerden talloze gesprekken. Sommige contacten bleven hen bij. „Soms zit er aan de andere kant van de lijn iemand die keihard huilt en aan het hyperventileren is. Dan probeer je iemand eerst tot rust te brengen. Zoiets is heftig”, vertelt Van Braak.

Zelfzorg onder het personeel krijgt dan ook veel aandacht bij 113. Iedere dienst begint met een rondje waarbij iedereen vertelt hoe hij zich voelt. Zo wordt ook de dienst afgesloten. Als iemand een erg lastig gesprek heeft gehad, wordt daar met de leidinggevende over doorgepraat.

Beiden vinden hun werk waardevol. Wortelboer: „Neem een tiener die echt in een onveilige situatie is. Het gebeurt regelmatig dat zo iemand contact opneemt. Die probeer ik dan al pratend naar een veilige plaats te begeleiden, bijvoorbeeld richting een bankje. Dan denk ik: er is toch iets in jou wat maakt dat je naar ons toe komt, en dat biedt een mooie opening voor een gesprek.”

Hoe help je iemand die kampt met suïcidale gedachten, en dat nog wel via de telefoon of chat? Een ding werkt in ieder geval niet, zeggen beiden meteen. Van Braak: „Ga geen ongevraagde adviezen geven. Joh, het wordt weer lente, ga eens naar buiten, daar knap je van op. Daar heeft iemand die zich depressief voelt doorgaans echt niets aan.”

Wortelboer: „Het is in een gesprek belangrijk om te vragen naar wat de hulpvrager denkt dat hij of zij nodig heeft, in plaats van zelf met allerlei oplossingen op de proppen te komen.”

Hoewel 113-hulpverleners geen kant-en-klaar script voor zich hebben liggen, zijn ze wel getraind in bewezen effectieve gesprekstechnieken. Wortelboer: „Het is fijn om daarop terug te kunnen vallen.”

Gesprekken kunnen heel wisselend verlopend, ervaren de twee. Van Braak: „Soms hoor je iemand aan de andere kant van de lijn zuchten van opluchting omdat hij zijn geheim heeft gedeeld en de problemen beter kan overzien. Een andere keer draai je in kringetjes rond. In zo’n geval springt een collega soms bij door mee te luisteren en adviezen te geven: misschien moet je daar eens naar vragen.”

Tegelijkertijd erkennen beiden de grenzen waar ze als medewerkers van 113 tegenaan lopen. Van Braak: „Ik doe wat in mijn vermogen ligt, maar ik weet ook dat ik een eenmalig contact ben. En ik ben op veel vlakken ook geen expert. Ik kan eventueel doorverwijzen naar een andere instantie, zoals de schuldhulpverlening of het Centrum Seksueel Geweld.”

19195701.JPG
Maryke Geerdink, manager hulpverlening. beeld Eran Oppenheimer

Eenzaamheid

Zowel Wortelboer en Van Braak als teamleider Geerdink herkennen de trend die de Commissie Actuele Nederlandse Suïcideregistratie (CANS) onlangs schetste over het stijgende aantal mensen onder de 30 dat zichzelf van het leven berooft. Dat zijn er steeds vaker meer dan 30 per maand. „Echt zeer zorgelijk”, reageert Geerdink.

De onderzoeksafdeling van 113 zocht naar redenen achter de stijgende cijfers. Vaak speelden zaken als eenzaamheid, stoppen met school en prestatiedruk. Wortelboer komt deze aspecten tegen in de praktijk. „We spreken vaak studenten die eenzaam zijn en het goed willen doen voor hun ouders. Ook al hebben jongeren vaak veel mensen om zich heen, ze kunnen zich toch alleen voelen.”

Wat is de remedie? Praat met elkaar, vat Geerdink samen. „Als niemand vraagt hoe het echt gaat, vergroot dat de negatieve gedachten.” Ze buigt voorover en doet of ze op een mobieltje bezig is. „Door heel de dag zo te zitten, wordt echt contact lastig.”

Hebt u hulp nodig? Dan kunt u contact opnemen met 113 Zelfmoordpreventie via 113 of 0800-0113 (24 uur bereikbaar, gratis) en 113.nl.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer