Het bezoek aan China van Yoshimasa Hayashi is het eerste van een Japanse minister van Buitenlandse Zaken in meer dan drie jaar. „Ik heb geprotesteerd tegen de recente detentie van een Japanner in Beijing en heb ons standpunt over de zaak sterk benadrukt, inclusief de vervroegde vrijlating van deze onderdaan”, zei Hayashi. Zijn Chinese collega Qin Gang antwoordde dat China de zaak „volgens de wet zal behandelen”.

Tokio is zeer bezorgd over China’s toegenomen militaire activiteit, ook in de Oost-Chinese Zee, zei de Japanse minister. „We hebben allebei bevestigd hoe belangrijk het is om in gesprek te blijven over kwesties als de nationale veiligheid”, aldus Hayashi. De twee Aziatische landen hebben een al jaren geplande ‘hotline’ tussen hun strijdkrachten geactiveerd, om mogelijke misverstanden in geval van incidenten te voorkomen.

De Japanse minister benadrukte het belang van vrede en stabiliteit in de Straat van Taiwan, waarop Qin waarschuwde dat China geen buitenlandse inmenging wenst in de kwestie Taiwan. Beijing ziet die eilandstaat als een afvallige provincie die op termijn weer bij het moederland moet worden gevoegd.

Japan besloot in navolging van Nederland afgelopen week de export van technologie voor de productie van chips verder aan banden te leggen. Japanse bedrijven hebben voortaan een vergunning nodig om hun meest geavanceerde producten te exporteren. Hoewel Tokio ontkent dat dit onder druk van Washington is gebeurd, waarschuwde de Chinese minister tegen „medeplichtigheid aan deze boosdoener”.

Ondanks hun meningsverschillen kwamen China en Japan overeen om gesprekken met Zuid-Korea te hervatten, zei Hayashi. De Japanse minister reist deze week door naar Brussel voor NAVO-overleg, dat ook wordt bijgewoond door andere partnerlanden van de militaire alliantie zoals Zuid-Korea, Australië en Oekraïne.

De Japanse premier Fumio Kishida en de Chinese president Xi Jinping hadden elkaar in november ontmoet op een economische top in Bangkok. Het was de eerste top op dat niveau in bijna drie jaar.