De Jonge: sprake van dip woningbouw, nog onduidelijk hoe diep
Er is inderdaad sprake van een „dip” in het aantal nieuw te bouwen woningen, erkende woonminister Hugo de Jonge donderdag tijdens een Kamerdebat. Volgens hem kampt de bouw met de stijgende rente, terwijl de huizenprijzen nog niet dalen. Ook de hoge grondprijzen en stijgende materiaalkosten spelen de bouw parten. Eerder al meldde bijvoorbeeld het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dat vorig jaar minder vergunningen werden uitgegeven voor nieuwbouw.
Hoe lang de dip aanhoudt en hoe diep die is, kon De Jonge niet zeggen. „We zitten in een heel onzekere tijd.” De minister wil op korte termijn kijken welke financiële prikkels kunnen helpen om de bouw weer los te trekken, zoals subsidies om projecten die al bijna rond zijn net een extra zetje te geven.
Maar hij houdt daarvoor nog meerdere slagen om de arm: „Het gaat om belastinggeld, dan wil je geen uitgaven doen die niet strikt noodzakelijk zijn. Een andere aarzeling is dat het nog langer duurt als je nu te hoge verwachtingen wekt.” De Jonge vreest namelijk dat investeerders wachten op nog gunstiger voorwaarden als hij nu subsidies in het vooruitzicht stelt. Wat betreft het nemen van regie trekt de minister naar eigen zeggen al „alle registers open”, en zit het probleem nu vooral in de rente en de hoge bodemprijs.
De Jonge kreeg vanuit de Kamer veel kritiek op zijn plannen. Partijen vrezen dat De Jonge het tijdspad te rooskleurig voorstelt, en dat de toegezegde 900.000 extra woningen in 2030 niet haalbaar zijn. Volgens verschillende partijen blijft het bij „ronkende ambities en kekke fotosessies”, of „stapels papier” waar weinig van terecht komt. D66 wil „meer ambitie” van de minister zien als het bijvoorbeeld gaat om het bouwen boven op al bestaande panden. Ook zijn partijen zoals BVNL van Wybren van Haga kritisch op de plannen van de minister om huurprijzen in het middensegment aan banden te leggen.
De minister ziet het ‘optoppen’ boven op bestaande bouw als „een mogelijkheid om veel beter te benutten”. Ook andere gebouwen die nu leeg staan, zoals kantoorpanden of winkels, wil De Jonge meer gaan gebruiken om zijn doelen te halen. „Het kan niet overal, maar ik zie er zeker mogelijkheden in.” Bovendien erkende De Jonge dat zijn plannen voor huurregulering „tot minder verdienvermogen” kan leiden. Maar juist vanwege de aanhoudende schaarste is de regulering nodig, zei hij. „Ik wil er niet aan dat regulering de ‘showstopper’ is voor nieuwbouw. Door de schaarste zijn mensen in de knel gekomen. Natuurlijk gaan we dan ook door met de regulering van de middenhuur.”