Ex-marinier huilt bij zien foto’s slachtoffers
Ex-marinier Paul S. barstte maandagochtend voor het gerechtshof in Den Bosch in huilen uit bij het zien van foto’s van drie leden van zijn voormalige schoonfamilie die hij in oktober 2003 in Kerkrade heeft doodgeschoten. Tot nu toe had de verdachte geweigerd de politiefoto’s, gemaakt na het misdrijf, te bekijken.
Paul S. staat terecht voor de moord op zijn 29-jarige ex-vriendin Daniela Vromen, haar 34-jarige broer Patrick, haar 56-jarige moeder Jose en haar 60-jarige vader Lei Vromen. De eerste drie schoot hij neer in hun woning in Kerkrade, zijn voormalige schoonvader schoot hij neer in de sportschool die hij samen met de familie Vromen beheerde. S. was daarbij gehuld in gevechtstenue. De rechtbank in Maastricht veroordeelde de 38-jarige verdachte juli vorig jaar tot twintig jaar celstraf en tbs, na een eis van levenslang.
Paul S., die ontkent dat het in deze zaak gaat om moord met voorbedachten rade, zei maandag voor het hof zich niets meer van de schietpartij te kunnen herinneren. Hij kwam tot zijn daad toen bleek dat er was ingebroken in zijn woning. Daaraan vooraf ging een zakelijk conflict met zijn schoonfamilie over geld. „Ik heb er nog steeds moeite mee om erop terug te kijken als realiteit", verklaarde S. voor het hof. „Ik dacht dat ze mijn wapens hadden weggenomen en dat ze die tegen mij zouden gebruiken." Toen hij „bijkwam" zoals hij zelf zegt, wist hij niet meer wat hij had gedaan.
Als ex-marinier en voormalig lid van de Bijzondere Bijstands Eenheid (BBE) die wordt ingezet bij geheime militaire operaties, is S. een goed getraind schutter. Tijdens de behandeling bleek dat S. tijdens een VN-missie begin jaren negentig in Cambodja in zijn hoedanigheid als marinier betrokken is geweest bij een aanval op een konvooi waarbij zes tot acht doden zijn gevallen. Door zijn werk als BBE’er zou S. het Post Traumatisch Stress Syndroom (PTSS) hebben opgelopen, waardoor hij in oktober 2003 tot zijn daad kwam. Hij vertelde dat hij zijn ex-schoonfamilie zag als de vijand. „Ik moést handelen, had alleen maar een missie."
Een familielid van de slachtoffers maakte gebruik van het spreekrecht dat slachtoffers en nabestaanden van zware misdrijven sinds 1 januari hebben. Ze vertelde dat de familie sinds oktober 2003 in een hel leeft. „Leven is overleven geworden." Ook sprak ze de hoop uit dat het verdriet dat hen is aangedaan door Paul S., een ander nooit zal overkomen.
De zaak gaat maandagmiddag verder. Mogelijk vindt een deel achter gesloten deuren plaats, als de verdachte gaat verklaren over zijn acties als BBE’er.