Politie: Onderzoeken naar zedenmisdrijven zijn complexer geworden
Het aantal aangiften van zedenmisdrijven is toegenomen en meer slachtoffers moeten een half jaar of langer wachten tot hun zaak wordt opgepakt. Dit blijkt uit donderdag gepubliceerde cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en uit cijfers die de politie vorige maand zelf bekendmaakte.
Daarbij zijn de onderzoeken naar zedendelicten veel complexer dan vroeger, legt zedenexpert bij de politie Lidewijde van Lier uit. „Het kan tegenwoordig zijn dat je onderzoek doet naar één aangifte, maar dan stuit op een enorme zaak, met allerlei slachtoffers.”
De politie had begin dit jaar ruim 3400 onderzoeken in behandeling. Het gaat dan bijvoorbeeld om aanrandingen, verkrachtingen en misbruikzaken waarbij kinderen slachtoffer zijn geworden. De zedenexpert zegt meteen dat ze het positief vindt dat steeds meer mensen „de politie weten te vinden. Het is fijn dat mensen durven aankloppen. Dat willen we aanmoedigen.”
„Er zijn steeds meer zaken waarbij we diepgravend, digitaal onderzoek moeten doen”, aldus de zedenexpert. Zo is er, in vergelijking met toen zij „begin deze eeuw” bij de politie begon, in veel meer zaken digitaal bewijs. En het is arbeidsintensief om dit allemaal te verzamelen.
Verwacht wordt dat het aantal aangiften volgend jaar verder gaat toenemen door de nieuwe Wet seksuele misdrijven, die gaat over de strafbaarheid van alle vormen van onvrijwillige seks.
Aanrandingen
De bijna 10.000 gevallen van seksuele misdrijven die de politie in 2022 registreerde zijn slechts „het uiterste topje van de ijsberg”. Dat zegt het Centrum Seksueel Geweld (CSG). Donderdag meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dat vorig jaar 9900 seksuele misdrijven zijn vastgelegd, het hoogste aantal in de afgelopen tien jaar. In 2021 waren het er 8800. Vooral aanrandingen en verkrachtingen werden meer gemeld dan voorgaande jaren.
„De omvang en impact is veel groter dan het getal”, zegt directeur-bestuurder Iva Bicanic van het CSG, de plek waar slachtoffers van seksueel geweld terechtkunnen voor psychische, medische of forensische hulp. „De meeste mensen komen er helemaal niet mee naar buiten, laat staan dat ze naar de politie gaan. Ze zijn bang voor de reactie van anderen. Dat die er iets van vinden en nare of beschuldigende opmerkingen gaan maken. Of dat ze te horen krijgen dat ze aangifte moeten doen.”