Dijkgraaf noemt gang van zaken beoordelingen Fontys ‘zorgelijk’
„De onafhankelijkheid van panelleden die opleidingen beoordelen moet boven elke twijfel verheven” zijn, zegt onderwijsminister Robbert Dijkgraaf. Hij reageert daarmee op berichtgeving van de Volkskrant over de Vlaamse hoogleraar Filip Dochy. Die ontwikkelde een onderwijsmethode die aan de hogeschool Fontys werd gebruikt, maar beoordeelde tegelijk ook opleidingen van die onderwijsinstelling, schrijft de krant. Dijkgraaf noemt het dan ook „zorgelijk” dat het met de onafhankelijkheid van de beoordelingen in dit geval „niet goed is gegaan”.
Dochy had volgens de Volkskrant namelijk „als methodemaker en organisator van workshops en trainingen” financiële belangen bij Fontys.
Het ministerie had naar aanleiding van eerdere berichtgeving van de Volkskrant over Dochy al contact opgenomen met zowel Fontys als de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO). Daarbij wordt volgens het ministerie ook de onafhankelijkheid van de panelleden aangekaart. „Criteria moeten kraakhelder zijn”, aldus de minister.
De NVAO bevestigt dat Dochy inderdaad betrokken was bij de beoordeling van opleidingen van Fontys. Panelleden dienen volgens de organisatie „te verklaren dat ze niet zodanige belangen bij de opleiding of instelling hebben gehad in de afgelopen vijf jaar dat dit een onafhankelijke beoordeling in de weg zou staan”. In dit geval waren volgens de NVAO zowel Dochy als Fontys van mening „dat de betrokkenheid bij het onderwijsconcept van de instelling een onafhankelijke rol in het beoordelen van de opleiding niet in de weg stond”.
De organisatie zegt de regels rond onafhankelijkheid voor panelleden te gaan verduidelijken. Want óók als het gaat om de beoordeling van een opleiding, zoals in het geval van Dochy, kan de onafhankelijkheid ter discussie staan „als iemand een brede opdracht voor een instelling heeft verricht”, zegt de NVAO. „Die verduidelijking blijkt nodig.”
De Netherlands Quality Agency, die volgens de Volkskrant ook betrokken was bij de beoordelingen, was woensdag niet bereikbaar voor een reactie. Fontys laat weten dat het „niets toe te voegen” heeft aan het artikel van de Volkskrant.