Uitzendbranche hielp gros Oekraïners afgelopen jaar aan een baan
De meeste Oekraïense vluchtelingen die sinds het uitbreken van de oorlog met Rusland naar Nederland zijn gekomen, hebben werk gevonden als uitzendkracht in de horeca, groothandels en land- en tuinbouw.
Dat zegt de Algemene Bond Uitzendondernemingen (ABU). Uitkeringsinstantie UWV meldt dat zij tot en met januari van dit jaar 60.000 meldingen ontvingen van werkgevers die een Oekraïner in dienst hebben genomen, veelal vanuit de uitzendbranche.
Het UWV merkt bij dat aantal wel op dat er dubbelingen kunnen zijn. Zo kunnen Oekraïners meerdere baantjes hebben, waardoor meerdere werkgevers een melding doen van één persoon bij het UWV. Ook hoeven werkgevers een Oekraïense werknemer die de onderneming verlaat niet af te melden. Daardoor kan het zijn dat er meerdere meldingen zijn gedaan.
De uitkeringsinstantie bevestigt dat de meeste Oekraïners werken in de uitzendbranche. Zij die elders werk hebben gevonden, werken veelal in dezelfde sectoren die ABU noemt. „Een groot gedeelte werkt in de horeca en voor agrarische bedrijven”, zegt een woordvoerder van het UWV. „Daarnaast ook in de schoonmaaksector, de detailhandel en de zakelijke dienstverlening. Onder die laatste tak vallen bijvoorbeeld banen als cateringmedewerker, orderpicker en productiemedewerker.”
De Oekraïners vonden niet alleen werk via de bekende uitzendbureaus, als Randstad, Timing en Tempo Team. In Zwolle richtte een groep vrienden een uitzendbureau op dat zich speciaal richtte op de vluchtelingen uit het in oorlog verkerende oost-Europese land. Dat kreeg de Oekraïense naam Heroyam, naar het Nederlands vertaald „voor de helden”. Het bedrijf heeft geen winstoogmerk; alle winst die wordt gemaakt gaat naar goede doelen in Oekraïne.
Volgens medeoprichter Bart Dikkeschei hebben zij sinds de oprichting begin vorig jaar vierhonderd Oekraïners aan een baan geholpen. „Daarbij keken we naar wat de mensen konden, bijvoorbeeld of zij de Nederlandse of Engelse taal beheersten. Dat was iets waar veel opdrachtgevers in eerste instantie angstig voor waren. Zij wilden wel Oekraïense mensen aannemen, maar zagen op tegen de taalbarrière.”Om werkgevers tegemoet te komen, stuurt Heroyam tijdens de eerste werkdag een begeleider mee die als tolk fungeert. Die kan de werkgever en kersverse uitzendkracht ondersteunen bij het inwerken.
Ook Dikkeschei merkt dat er vooral veel vraag is vanuit de schoonmaak- en horecasector. De Oekraïners zijn „over het algemeen” tevreden over het werk dat zij doen. „Ze snappen dat ze een leuke baan kunnen krijgen en wat geld kunnen verdienen, ook al zijn ze de Nederlandse taal niet machtig. Wij bieden daarnaast wel taallessen aan. Daarmee kunnen zij zich op termijn ontwikkelen en misschien alsnog doorstromen naar een baan die iets beter betaalt”, aldus Dikkeschei.