Cgk Veenendaal-Bethel zoekt via advertentie predikant
Dat de christelijke gereformeerde kerk (cgk) in Veenendaal (Bethel) via een advertentie een predikant zoekt, is voor de gemeente „een pilot”, zegt Johan Huibers, voorzitter van de beroepingscommissie.
U werft op de website van de gemeente en in het landelijke kerkblad De Wekker via een advertentie en een profielschets een (tweede) predikant. Komt zo’n aanpak vaak voor in de CGK?
„Bij mijn weten niet. In de Protestantse Kerk in Nederland gebeurt het vaker, maar in de CGK volgens mij zelden. Voor onze gemeente is het in elk geval de eerste keer dat we voor deze weg hebben gekozen. We zien het in Veenendaal als, zeg maar, een pilot.”
Waarom koos uw gemeente deze route?
„Niet omdat we die per se beter vinden. In 2019 hebben we nog het klassieke pad bewandeld van het normale beroepingswerk. Ook toen mocht ik, net als nu, voorzitter van de beroepingscommissie zijn. Nou, met zoiets ben je al met al toch gauw driekwart jaar tot een jaar bezig. Je gaat eerst bekijken welke predikanten binnen jouw kerkverband beroepbaar zijn. Vervolgens welke personen van deze groep goed bij het profiel van jouw gemeente zouden passen. Je wint als beroepingscommissie informatie in, gaat zo’n predikant beluisteren met de ingestelde hoorcommissie en brengt –na uitgebracht advies en een stemmingsronde in de gemeente– een beroep uit.
Ruim drie jaar geleden waren we met een inmiddels beroepen predikant ver gekomen, maar uiteindelijk viel zijn besluit toch zo uit dat hij het beroep niet aannam. Dat kan natuurlijk en ook daarin wordt Gods leiding door ons verstaan. In de opstart van het weer opgepakte beroepingsproces in onze gemeente hebben we wel tegen elkaar gezegd: Als we het nu eens omdraaien en een advertentie plaatsen? In pIaats van ”gemeente zoekt predikant”, krijg je dan meer ”predikant op zoek naar gemeente”. Met straks wellicht als uitkomst: ”gemeente víndt predikant”.”
Is dat het grote verschil met het klassieke beroepingswerk, dat u nu de omgekeerde weg bewandelt?
„Voor een deel wel. Wij kruipen als het ware in de gedachten van de predikant. Wat zou híj willen weten over een eventueel nieuwe gemeente die hij zou willen dienen? Een en ander hebben we opgeschreven in een profiel. Dat kan iedereen lezen, ook predikanten aan wie wíj niet meteen gedacht hebben. En wie weet, is er onder hen wel een die denkt: wat zou ik díé gemeente graag gaan dienen. En die in deze advertentie de roepstem van God ervaart.
Maar let wel: deze aanpak is alleen in de eerste fase van het proces anders dan het klassieke beroepingswerk. Heb je eenmaal contact met iemand en ook een klik, dan gaat het proces daarna precies zoals het vroeger ging.
Maar in die eerste fase kun je dus wat vrijblijvender aan elkaar snuffelen. In de oude methodiek was een van de eerste dingen dat je als hoorcommissie iemand ging beluisteren. Nu ja, als je als groepje Veenendalers opeens in Groningen of Zeeland in de kerk zit, dan val je natuurlijk meteen op. Dat brengt meteen een zekere onrust teweeg. Bij de nu gekozen, nieuwe manier van werken, proef je elkaars nieren wat meer in de luwte. Je maakt het allemaal wat toegankelijker.”
In de PKN komen dit soort advertenties vaker voor. Uit kringen van de Gereformeerde Bond klinkt dan soms de kritiek dat op deze wijze het beroepingswerk wel erg zakelijk en bedrijfsmatig wordt. En dat minder charismatische predikanten op deze wijze aan de kant komen te staan.
„Nou, dat bezwaar gaat misschien op als je een profielschets van acht of negen pagina’s publiceert. Wij hebben dat veel globaler gehouden. Zo spreken we in onze profieltekst over een predikant die „in de omgang weet te bouwen, te boeien en te binden”. Een belangrijk punt is verder dat het om een tweede predikantsplaats gaat. Dat vraagt natuurlijk om een nauwe samenwerking, met name met onze predikant en kerkelijk werker én om een bepaald leiderschapsprofiel.”
Hoe ervaart de gemeente deze aanpak voor het werven van een predikant?
„Wat wij ervan horen, waardeert men dit positief. Voorwaarde voor een goed verloop is wel dat je als beroepingscommissie zorgvuldig communiceert. Daarom geven we de gemeente regelmatig een update. Over waar we staan en welk traject en nog voor ons ligt. Vanzelfsprekend zonder namen te noemen. Op dat punt is strikte geheimhouding absolute noodzaak. Misschien nog wel sterker dan bij de klassieke wijze van beroepen. Er mogen beslist geen namen gaan rondzingen.”