Proef Nederland en VS met biometrie
Nederland en Amerika doen samen een proefproject waarbij met behulp van technisch hoogwaardige apparatuur van tevoren geregistreerde reizigers soepeler en sneller de Verenigde Staten binnenkomen.
De Amerikaanse minister van Binnenlandse Veiligheid, Tom Ridge, was donderdagmiddag op Schiphol om de start van het project aan te kondigen. Dat deed hij samen met minister Verdonk van Vreemdelingenzaken en Schiphol-directeur Cerfontaine.
De VS werken nauw samen met „partner en goede vriend” Nederland, dat inmiddels de nodige ervaring heeft opgedaan met zogeheten biometrische controletechnieken bij grenspassages. De ministeries van Ridge en Verdonk willen intensief blijven samenwerken om de mogelijkheden voor registratie van internationale reizigers te ontwikkelen.
De proef wordt uitgevoerd in Terminal 4 van het vliegveld John F. Kennedy in New York. Deelname aan de proef is vrijwillig.
Sinds de aanslagen van 11 september 2001 is de toegang tot de VS verscherpt. Reizigers moeten een foto laten maken en er worden vingerafdrukken genomen. Volgens Cerfontaine heeft Schiphol iedere dag dertig vluchten op de Verenigde Staten. Vorig jaar vlogen 4,4 miljoen mensen vanaf Schiphol naar Amerika.
Het project heeft veel weg van het Privium-project, dat in 2001 op Schiphol werd geïntroduceerd. Daarbij wordt gebruikgemaakt van de irisscan. Het scanapparaat vergelijkt de iris van een reiziger met de gegevens op een chipkaart. Op die manier kan de reiziger tijdrovende controles omzeilen.
Ridge wil dat de VS in de toekomst ook soortgelijke projecten opzetten met andere bondgenoten. Op JFK Airport wordt reeds gewerkt met irisscans, maar alleen voor het luchthavenpersoneel. Terminal 4 verwerkt jaarlijks 6 miljoen passagiers.
Volgens minister Verdonk speelt Nederland een voortrekkersrol op het gebied van biometrische toepassingen bij grenscontroles.