Vijf maanden in hoger beroep voor bedreigen Kaag met fakkel
Max van den B. (30) is hoger beroep veroordeeld tot vijf maanden cel voor het bedreigen van D66-leider Sigrid Kaag met een brandende fakkel. De man was op 5 januari 2022 naar haar huis gegaan en schreeuwde complotleuzen, wat gefilmd werd door een medeverdachte. Het hof in Den Haag legt Van den B. ook een gebieds- en contactverbod op.
Van den B. heeft zijn straf al in voorarrest uitgezeten. Het Openbaar Ministerie eiste een celstraf gelijk aan het voorarrest van 176 dagen en een voorwaardelijke celstraf van zes maanden.
Bovendien wilde het OM dat Van den B. een contact- en gebiedsverbod opgelegd kreeg voor leden van het kabinet. Het hof is het daarmee eens. „Het hof beoogt hiermee te voorkomen dat de verdachte nog op enigerlei wijze contact zal opnemen met de medeverdachte, de slachtoffers en de huidige kabinetsleden.”
Het hof komt tot een lagere straf dan de zes maanden cel die door de politierechter zijn opgelegd, omdat het hof de feiten in verminderde mate aan de verdachte toerekent. Zo wordt gewezen op een psychotische stoornis die het gedrag van Van den B. heeft beïnvloed.
Het protest werd gefilmd voor sociale media. Tijdens de behandeling van zijn zaak legde de man uit dat het zijn intentie was om door de straat te lopen en „even contact” te maken met Kaag. „Als ik het over had mogen doen, had ik de fakkel niet naar de deur meegenomen. Dat zag er een beetje onhandig uit.”
Het hoger beroep ging ook over het bedreigen van voormalig topambtenaar Joris Demmink. Eveneens met draaiende camera ging Van den B. verhaal halen bij een sociëteit in Den Haag om Demmink te confronteren met verdenkingen van pedofilie, waar overigens nooit enig bewijs voor is gevonden.