Van hoge hypotheekschuld profiteer je niet per se in tijd van hoge inflatie
In de volksmond heet het dat de huidige inflatie gunstig uitpakt voor huizenbezitters met een forse hypotheek. Hun schuld wordt door de geldontwaarding immers ook steeds minder waard.
Deskundigen spreken elkaar tegen als het gaat om precieze cijfers, maar zijn het erover eens dat we voorlopig nog niet verlost zijn van de hoge inflatie. De handelsprijs van aardgas daalt weliswaar weer, maar de internationale spanningen rondom Oekraïne lopen op en zijn onvoorspelbaar.
Stegen de prijzen vorig jaar met gemiddeld 11,6 procent, dit jaar wordt uitgegaan van een inflatie rond de 5 procent. Wat daarna gebeurt met de energietarieven – de grote boosdoener als het gaat om stijgende rekeningen – weet niemand, zeker niet als aan het prijsplafond een einde komt. Daarmee zet de geldontwaarding onverminderd door en wordt de koopkracht van de burger verder aangetast.
In combinatie met de lage rentetarieven die banken hanteren zijn vooral spaarders de dupe, terwijl het omgekeerde juist geldt voor mensen die zich in de schulden hebben gestoken. Zo zouden huizenbezitters met een forse hypotheek profiteren van de hoge inflatie omdat door de geldontwaarding ook hun schuld in versneld tempo wordt uitgehold.
Daar zit een kern van waarheid in. Iedereen die reeds langere tijd in hetzelfde koophuis woont, heeft daar al eens kennis mee mogen maken. Op het moment dat na dertig jaar de hypotheek afloopt en – in het ideale geval – helemaal is afgelost, lijkt het oorspronkelijke aankoopbedrag een schijntje. Zo vinden we met terugwerkende kracht alles relatief goedkoop omdat intussen alles ongemerkt veel duurder is geworden.
Zelf weet ik nog goed hoe ik begin jaren tachtig, tijdens mijn studententijd, voor een losse krant slechts 65 cent betaalde, terwijl diezelfde krant bij de kiosk nu 3 euro 80 zou moeten kosten. Dat betekent dat alleen dit ene product in veertig jaar tijd al ongeveer twaalf keer zo duur is geworden. Andersom is die – omgerekend – dertig eurocent van toen inmiddels zo goed als niets meer waard.
Huizenbezitters met een hoge hypotheek moeten zich echter niet te snel rijk rekenen, want zij profiteren pas van het inflatoire effect op hun schuld, wanneer hun inkomen in gelijke mate stijgt. Er vinden inmiddels wel cao-onderhandelingen plaats waarbij een looneis van meer dan 10 procent op tafel ligt, maar de meeste huishoudens zullen vooralsnog het gevoel hebben dat de prijzen veel sneller stijgen dan hun inkomen.
Het eventuele gunstige effect van inflatie op schulden, verwatert ook wanneer de huizenprijzen hard dalen en woningen onverkoopbaar blijken tenzij ze met verlies van de hand worden gedaan. Zo zullen in de nabije toekomst naar verwachting steeds meer huiseigenaren bij gedwongen verkoop – bijvoorbeeld in geval van echtscheiding of ontslag – een restschuld overhouden.
De papieren winst die inflatie oplevert voor schuldenaren, is in die zin net zo ongrijpbaar en vluchtig als de overwaarde voor huiseigenaren met een hypotheekvrij onderkomen. Het bestaat in theorie, maar levert weinig concreet voordeel op wanneer de energierekening door het plafond gaat en voor hetzelfde mandje boodschappen bij de kassa steeds meer harde euro’s moeten worden afgerekend.
De auteur is publicist. Voor eerdere columns zie rd.nl/hormann. Reageren? hormann@refdag.nl.