De lang gezochte verkrachter, die opviel door zijn rastahaar en een net voorkomen, zorgde voor veel beroering in de Amsterdamse binnenstad. De politie kreeg destijds veel telefoontjes van mensen die een man met rastahaar zagen lopen en dachten dat hij de gezochte verkrachter was.

De rastaman verkrachtte in juni 2003 een Australische studente in een portiek aan de Kinkerstraat in Amsterdam. Hij sprak haar op straat aan en liep al pratend met haar mee naar haar huis. „Daar deed ze argwanend, blijkbaar dacht ze dat ik haar iets aan wilde doen", vertelde F. tijdens de zitting waar hij meerdere malen in huilen uitbarstte. „Ik voelde me gekrenkt en besloot een daad te stellen. Ik verloor de controle over mijzelf en werd erg agressief. Toen liep alles uit de hand."

Het slachtoffer bood F. orale seks aan. „In de hoop dat hij haar niet zou verkrachten en haar daarna met rust zou laten. Alleen dat gebeurde niet. Ook DNA–onderzoek toont dat aan", aldus de officier van justitie.

In februari van 2004 werd F. opgepakt nadat hij een vrouw in een portiek aan de Leidsekruisstraat in Amsterdam zou hebben aangerand. Hij kan zich het incident niet meer herinneren. „Ik was onder invloed maar het zou kunnen dat ik het was."

Uit onderzoek blijkt volgens justitie dat de kans op herhaling groot is en dat behandeling nodig is. Advocaat O. van der Lee is het daar mee eens, maar vindt tbs te ver gaan. „De gedragdeskundigen die F. hebben onderzocht, zijn op het verkeerde been gezet. Mijn cliënt werd verdacht van meerdere verkrachtingen en aanrandingen, zij hebben zich laten leiden door het idee dat hij een serieverkrachter of -aanrander zou zijn." Vlak voor zijn arrestatie zocht F. zelf hulp bij het Riagg.

De uitspraak is op 25 januari.