Nobelprijswinnaar Belarus krijgt mensenrechtenprijs van Hoekstra
De mensenrechtenprijs van het ministerie van Buitenlandse Zaken gaat dit jaar naar het mensenrechtencentrum Viasna uit Belarus. Eerder dit jaar kreeg Viasna met twee andere mensenrechtenorganisaties, het Russische Memorial en het Oekraïense Center for Civil Liberties, nog de Nobelprijs voor de Vrede.
„Viasna zorgt dat de waarheid boven tafel komt, hoe sterk de autoriteiten in Belarus de waarheid ook proberen te verbergen. Ondanks alle risico’s die daarmee gepaard gaan”, verklaarde minister Wopke Hoekstra van Buitenlandse Zaken bij de uitreiking van de Mensenrechtentulp 2022 in het Vredespaleis.
De mensenrechtenorganisatie werd in 1996 door Ales Bialiatski opgericht na protesten tegen het bewind van Aleksandr Loekasjenko. Zeven jaar later werd Viasna (Lente) verboden. De organisatie adviseert de Belarussische bevolking over juridische zaken, documenteert misstanden en helpt politieke dissidenten.
Bialiatski zit sinds vorig jaar zonder proces vast. De autoriteiten beschuldigen hem ervan geld naar Belarus te hebben gesmokkeld voor de financiering van de oppositie. Bialiatski werd opgepakt na maanden van aanhoudende massale demonstraties tegen het regime van Loekasjenko, die al meer dan een kwart eeuw aan de macht is.
Naast een bronzen beeld in de vorm van een tulp krijgt de Belarussische mensenrechtenorganisatie ook nog 100.000 euro om haar werkzaamheden voort te kunnen zetten. De Mensenrechtentulp ging vorig jaar naar de Oegandese mensenrechtenadvocaat Nicholas Opiyo.