Positieve reactie uit Suriname op onderzoek koloniaal verleden
De voorzitter van de Surinaamse commissie die zich bezighoudt met het slavernijverleden, Armand Zunder, is ingenomen met het besluit van koning Willem-Alexander om de rol van de koninklijke familie in de koloniale geschiedenis grondig te laten onderzoeken.
„Dit onderzoek is een goede zaak, vooral ook omdat de Nederlandse regering zo gehaast aan de slag was gegaan met de kwestie van excuses aanbieden aan de tot slaaf gemaakten en inheemsen. Het lijkt er nu op dat de koning met het nieuwe onderzoek een interventie pleegt waardoor de eerder genoemde datum van 19 december om excuses uit te spreken mogelijk van de baan is. En dat is een goede zaak”, redeneert Zunder.
De voorzitter van de Nationale Reparatie Commissie Suriname (NRCS) zei eerder die datum onaanvaardbaar te vinden. De excuses zouden volgens hem niet voor 1 juli volgend jaar moeten worden uitgesproken. Op die dag wordt herdacht dat het 150 jaar geleden is dat de slavernij in 1873 daadwerkelijk ophield te bestaan.
Zunder en een collega zijn ingegaan op de uitnodiging van de Nederlandse regering om op 13 december nader overleg te hebben over waar, hoe en wanneer Nederland de excuses gaat aanbieden. Zunder en zijn commissie blijven bij hun standpunt dat de excuses in Suriname moeten worden aangeboden en geaccepteerd, het liefst door de koning, en dat de teksten in overleg worden bepaald.
Het onafhankelijke onderzoek dat de koning aankondigde neemt drie jaar in beslag en gaat over de periode van de late zestiende eeuw tot het postkoloniale heden. Suriname werd in 1975 een onafhankelijke republiek.