Een loonsverhoging is volgens de BMK wenselijk om de sector aantrekkelijk te houden om in te werken. „Wij hebben vanuit de kinderopvangsector toegezegd een tariefverhoging vanuit de overheid één-op-één terecht te laten komen in een salarisverhoging”, aldus voorzitter Loes Ypma.

Op dit moment lopen er onderhandelingen over een nieuwe cao, waarbij ook salarisverhogingen ter sprake komen. Als daar een verhoging van 10 tot 14 procent uitkomt, zo redeneert Ypma, dan kan met het voorstel van de oppositiepartijen het loon stijgen met 15 tot 19 procent. „Dat is echt substantieel, en precies wat de sector kinderopvang nu nodig heeft.”

Ook vakbond FNV is blij met het plan. PvdA en GroenLinks willen de kinderopvangtoeslag verhogen om de loonstijging mogelijk te maken. Volgens FNV moet de verhoging „in eerste instantie” van werkgevers komen, maar kan ook de overheid bijdragen door middel van de kinderopvangtoeslag. „Het extra geld dat daardoor beschikbaar komt, kan dan gaan naar extra loonsverhoging.”

De hoop is dat het aantal mensen dat in de kinderopvang wil werken, zal toenemen door de loonsverhoging. Die extra medewerkers zijn nodig in aanloop naar het (bijna) gratis maken van de kinderopvang in 2025, zoals het kabinet wil. Een loonsverhoging is dus „cruciaal om van de benodigde stelselwijziging een succes te maken”, aldus FNV.