Abbas noemt Israël ’zionistische vijand’
De Palestijnse PLO–leider en presidentskandidaat Mahmoud Abbas heeft Israël dinsdag „de zionistische vijand" genoemd. De als gematigd bekendstaande Abbas deed zijn onverwacht felle uitspraak na een Israëlische tankbeschieting in het noorden van de Gazastrook, waardoor zeven Palestijnen om het leven kwamen. De Israëlische regering noemde uitspraak van Abbas „niet te toleren".
„We bidden voor de zielen van de martelaars die het slachtoffer werden van de mortieren van de zionistische vijand", aldus Abbas op campagne in het vluchtelingenkamp Khan Yunis, een bolwerk van Palestijnse militanten. Over vijf dagen zijn er presidentsverkiezingen in de Palestijnse gebieden en Abbas is de grote favoriet om de in november overleden Yasser Arafat op te volgen.
De Israëlische vice–premier Olmert zei in een reactie dat Abbas zijn boekje te buiten is gegaan. „Dit kan niet als basis dienen voor een toekomstige samenwerking", aldus de plaatsvervanger van premier Sharon.
De zeven Palestijnen kwamen dinsdagmorgen om nadat een Israëlische tank het vuur had geopend op een huis bij de stad Beit Lahiya op de Gazastrook. Volgens Palestijnse medische en veiligheidsbronnen waren de slachtoffers Palestijnse burgers, onder wie een aantal kinderen. Daarnaast zouden bij de Israëlische beschieting zeker vier Palestijnen zwaargewond zijn geraakt.
Volgens een zegsman van het Israëlische leger is geschoten op een groep gemaskerde en gewapende mannen. Het incident gebeurde, nadat Palestijnse militanten mortiergranaten op een nabijgelegen joodse nederzetting hadden afgevuurd. Volgens Israëlische medische bronnen raakten in de nederzetting twee mensen gewond.