NRC meldde vorige week dat zeker 32 journalisten zijn benaderd om informatie te delen. De helft zou benaderd zijn door de inlichtingendiensten. Algemeen secretaris Thomas Bruning van de NVJ waarschuwde dat journalisten die daarop in zouden gaan hun geloofwaardigheid verliezen. Hij vindt dat de diensten „niet zomaar journalisten moeten gaan bevragen en zeker niet ronselen”, gezien de bijzondere positie van de pers.

Renske Leijten (SP) vroeg de minister of ze niet bang is dat de persvrijheid in gevaar komt, aangezien bronnen minder snel geneigd zullen zijn om met de pers te spreken. „We hebben te maken met de ethiek en werkwijze van journalisten zelf, maar ook van de beroepsgroep.” Ze vindt daarom dat de mogelijkheid uit de wet gehaald moet worden. Bruins Slot vindt juist dat de onafhankelijkheid is geborgd door de keuze aan journalisten zelf te laten.

D66’er Sjoerd Sjoerdsma en Pepijn van Houwelingen van Forum voor Democratie wilden van de minister weten of journalisten door de inlichtingendiensten ingeschakeld kunnen worden om over bepaalde onderwerpen te schrijven. Dat mag niet, benadrukte de minister, zeker niet tegen betaling. „Nee, want de onafhankelijkheid van de journalistiek mag niet in het geding zijn.”

Bruins Slot is in haar functie niet alleen verantwoordelijk voor de inlichtingendiensten, maar ook voor ‘constitutionele zaken’, zoals de persvrijheid.