Schotse premier gelooft in nieuw onafhankelijkheidsreferendum
De Schotse premier Nicola Sturgeon zegt tegen de BBC ervan overtuigd te zijn dat volgend jaar een onafhankelijkheidsreferendum kan plaatsvinden. De hoogste rechtbank in het Verenigd Koninkrijk buigt zich vanaf dinsdag over de vraag of deze volksraadpleging mogelijk is zonder toestemming van de regering in Londen.
De Britse premier Liz Truss gaat namelijk niet akkoord. Sturgeon ziet een blokkade door Londen als bewijs dat Schotland deel uitmaakt van een politiek systeem dat de Schotse democratie niet respecteert. Haar nationalistische partij (SNP) behaalde vorig jaar een grote zege bij de regionale verkiezingen. Zij ziet dat als een duidelijk mandaat van de kiezer voor een referendum.
Schotland hoort sinds 1707 bij het Verenigd Koninkrijk en kreeg in 1998 een eigen parlement. Alle zaken met betrekking tot de unie bleven echter bij het parlement in Londen. Het hof hoort volgende week argumenten over de vraag of het Schotse parlement de bevoegdheid heeft om wetten uit te vaardigen voor een onafhankelijkheidsreferendum. Sturgeon wil de stemming in oktober volgend jaar houden.
De laatste keer dat in Schotland een referendum over afscheiding van het Verenigd Koninkrijk werd gehouden, was in 2014. Toen stemde 55 procent van de kiezers tegen onafhankelijkheid en 45 procent voor. De SNP wijst in zijn argumentatie voor een nieuwe volksraadpleging op onder meer de Brexit. Een meerderheid van de Schotse bevolking stemde in 2016 in een referendum tevergeefs tegen het vertrek van het VK uit de Europese Unie.
