Een prijsplafond voor energie; dat heb ik al eens eerder gehoord
Het aangekondigde prijsplafond voor energie brengt verlichting, maar lijkt tegelijk sprekend op een ouder plan dat bedoeld was om burgers te bewegen tot extra besparingen en meer duurzaamheid.
Jaren geleden had ik een lunchafspraak met een oude bekende –ik houd het opzettelijk vaag– om eens bij te praten. Hij kende mijn publicaties en mijn zorgen, en zag daarin voldoende aanleiding om eens van gedachten te wisselen. Dus prikten we een datum en spraken op zijn verzoek af in een veganistisch restaurant.
Dat laatste was voor mij geen vanzelfsprekendheid, maar net zomin een struikelblok. De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ik die middag heerlijk heb geluncht. De hamburger, waar hij verder ook van mag zijn gemaakt, smaakte heerlijk en datzelfde geldt voor de bijgeleverde friet en mayonaise. Wat dit onderwerp betreft was ik na één keer dus al om, mits er een goede kok de scepter zwaait.
Al snel ging het over de opwarming van de aarde en over duurzaamheid. Mijn gesprekspartner heeft geen bekend gezicht en geen naam die bij het grote publiek een belletje zal doen rinkelen, maar is als adviseur actief en zit regelmatig aan tafel bij overheidsinstanties en milieuorganisaties.
Ongevraagd kwam hij met een mogelijk onderwerp voor een nieuwe column. Zo zou je ervoor kunnen kiezen om het gemiddelde gebruik van elk individueel huishouden als leidraad te hanteren. Tot die grens betaal je vervolgens een schappelijk tarief, daarboven –en dat waren letterlijk zijn woorden– „de hoofdprijs.”
Het was een interessante manier om gedragsverandering te forceren, maar er zaten tegelijk nogal wat haken en ogen aan. Zo is de jaarrekening van ons eigen gezin gebaseerd op een zeer sober stookgedrag –waarover een volgende keer meer– waardoor er weinig speelruimte overblijft om verder te bezuinigen en het onredelijk zou zijn om dat als harde bovengrens te hanteren.
Vervolgens dacht ik nog maar zelden aan zijn woorden, totdat de overheid een zogeheten prijsplafond introduceerde dat op exact dezelfde systematiek is gebaseerd. Het enige verschil is dat niet de eigen jaarnota maatgevend is, maar het gemiddelde verbruik van alle Nederlanders tezamen. Verder verschilt de huidige situatie in niets van wat toen nog onder het mom van duurzaamheid werd geopperd.
Sindsdien denk ik soms dat hij mij wellicht wilde gebruiken om dit plan in de week te leggen, om een discussie op gang te brengen en om mensen alvast te laten wennen aan draconische tarieven bij bovengemiddeld gebruik. Zeker weten doe ik het natuurlijk niet, maar de gelijkenis is op z’n minst frappant en de uitkomst komt precies overeen met die van zijn proefballonnetje.
Het zou te ver voeren om te suggereren dat er boze opzet in het spel is, want er circuleren al veel te veel wilde verhalen en complottheorieën. Tegelijk vind ik het zo toevallig, dat het mogelijke verband me maar niet loslaat. Zelfs als het allemaal slechts berust op een samenloop van omstandigheden, zullen er achter de schermen genoeg mensen zijn die in hun vuistje lachen vanwege het feit dat wat niet zo lang geleden een dictaat zou zijn geweest nu kan worden verkocht als douceurtje.
De auteur is publicist. Reageren? hormann@refdag.nl.