Oekraïense mensenrechtenorganisatie trots op winnen Nobelprijs
De Oekraïense mensenrechtenorganisatie Center for Civil Liberties zegt „trots” te zijn op het winnen van de Nobelprijs voor de Vrede. De toekenning van de prijs wordt gezien als „erkenning van het werk van veel mensenrechtenactivisten in en buiten Oekraïne”.
Het centrum werd in 2017 opgericht in Kiev met als doel om mensenrechten en democratie in Oekraïne te bevorderen. De jury stelt dat de organisatie het Oekraïense maatschappelijk middenveld heeft versterkt en de autoriteiten onder druk heeft gezet om van Oekraïne een volwaardige democratie te maken.
Center for Civil Liberties zet zich ook in tegen corruptie en helpt bij de documentatie van Russische oorlogsmisdaden tegen Oekraïense burgers. De baas van de organisatie schrijft in een reactie op de prijs dat de presidenten van Rusland en Belarus vervolgd zouden moeten worden voor hun oorlogsmisdaden door een internationaal tribunaal.
De organisatie deelt de prestigieuze vredesprijs met de Russische mensenrechtenorganisatie Memorial en Ales Bialiatski, een mensenrechtenactivist uit Belarus. In Oekraïne is niet iedereen het eens met de vredesprijs voor die twee. Michailo Podoljak, de adviseur van president Volodimir Zelenski, merkt op dat die uit Rusland en Belarus komen, landen waarvandaan Oekraïne is binnengevallen. „Russische noch Belarussische organisaties zijn erin geslaagd om verzet tegen de oorlog te organiseren. De Nobelprijs van dit jaar is ‘geweldig’.”